Kinderneurologie
A|A|A
kinderneurologie

 

 

 

 

 



Ziektebeelden

Vraag om informatie

Gastenboek

Van A tot en met Z

Praktische links

Contact met ouders

Neurologische woordenlijst

Anorexia nervosa

 

Wat is anorexia nervosa?
Anorexia nervosa is een psychiatrische aandoening waarbij kinderen te weinig eten en daardoor ondergewicht krijgen omdat ze het gevoel hebben te dik te zijn.

Hoe wordt anorexia nervosa ook wel genoemd?
Het woord anorexia betekent geen eetlust. Deze term klopt eigenlijk niet, jongeren hebben wel eetlust, maar doen er alles aan om deze eetlust te onderdrukken.
Het woord nervosa betekent gespannen en geeft aan dat jongeren met anorexia vaak veel spanning ervaren rondom eten en het lichaamsgewicht. De spanningen rondom eten en gewicht zijn dan ook de oorzaak van het niet eten en het lage lichaamsgewicht.
Anorexia kan bijvoorbeeld ook het gevolg zijn van een behandeling met chemotherapie, dit valt dus niet onder de term anorexia nervosa. Anorexia Nervosa wordt afgekort tot de letters AN.

Restrictieve type en het purgerende type
Er wordt onderscheidt gemaakt tussen twee types anorexia nervosa namelijk het restrictieve type en het purgerende type. Jongeren met het restrictieve type eten veel minder dan hun dagelijkse energiebehoefte is. Jongeren met het purgerende type hebben last van eetbuien die gevolgd worden door opwekken van braken zodat het eten niet zorgt voor het ontstaan van gewichtstoename.

Magerzucht
Soms wordt de Nederlandse term magerzucht gebruikt voor anorexia nervosa. Jongeren met anorexia streven naar een zo laag mogelijk lichaamsgewicht en zijn erg bang om te dik te zijn.

Eetstoornis
Anorexia nervosa is een vorm van een eetstoornis. Andere eetstoornissen zijn boulimia nervosa en eetbuistoornissen (binge eating disorder (BED).

Hoe vaak komt anorexia nervosa voor bij kinderen?
Voor de leeftijd van 20 jaar krijgen jaarlijks 1 op de 100 meisjes te maken met anorexia nervosa. Een op de 25 vrouwen krijgt ooit tijdens het leven de diagnose anorexia nervosa en een op de 300 mannen.

Bij wie komt anorexia nervosa voor?
Anorexia nervosa komt 40 keer vaker voor bij meisjes dan bij jongens.
Op de kinderleeftijd wordt anorexia nervosa het meest gezien bij pubers tussen de leeftijd van 15 en 19 jaar. Anorexia nervosa kan ook op jong volwassen leeftijd tussen de 20 en 30 jaar nog ontstaan. Zelden ontstaat anorexia voor de leeftijd van 10 jaar of na de leeftijd van 30 jaar.

Wat is de oorzaak van het ontstaan van anorexia nervosa?
Combinatie van verschillende factoren
Anorexia nervosa ontstaat vaak door een combinatie van verschillende factoren. Aan de ene kant zijn dit kenmerken van de jongere zelf die een jongere kwetsbaarder maken om anorexia nervosa te krijgen, aan de andere kant spelen omgevingsfactoren ook een belangrijke rol.

Persoonskenmerken
Anorexia nervosa komt vaker voor bij jongeren die perfectionistisch zijn, een hoog streefniveau hebben, bang zijn om iets verkeerd te doen en te falen, die onzeker zijn en weinig zelfvertrouwen hebben. Deze persoonskenmerken maken een jongere kwetsbaarder om anorexia nervosa te krijgen. Ook jongeren met een negatieve lichaamsbeleving zijn kwetsbaarder om anorexia nervosa te krijgen. Het ondergewicht en het niet eten zorgen voor afvlakken van emoties, waardoor jongeren ook minder last van deze emoties hebben.

Puberteit
Puberteit is een levensfase waarin jongeren op zoek moeten naar hun eigen identiteit. Dit brengt voor veel jongeren onzekerheid, spanning en emoties met zich mee. Door de aandacht te richten op niet eten en afvallen, ervaren veel jongeren een vorm van controle over hun eigen emoties. Deze vorm van controle geeft vertrouwen en zekerheid aan de jongere. Wanneer het de jongere lukt om af te vallen, geeft dit een gevoel van trots en controle, wat motiveert om verder af te vallen.

Omgevingsfactoren
In diverse media wordt een schoonheidsideaal neergezet van slanke vrouwen met een laag gewicht. Juist in de puberteit zijn de hersenen van jongeren gevoelig voor invloeden van de media. Jongeren gaan ook dit schoonheidsideaal nastreven. Onder meiden kan ook een cultuur ontstaan van zo dun mogelijk worden. Deze groepsdruk (peer pressure) kan ook bijdragen aan het ontstaan van anorexia nervosa. Jongeren die afvallen krijgen in eerste instantie vaak complimenten van mensen uit de omgeving, wat motiveert om verder af te vallen. Later verdwijnen deze complimenten vaak.

Levenservaringen
Ook de levenservaringen die een jongere heeft opgedaan kunnen een jongere kwetsbaarder maken om anorexia nervosa te krijgen. Veel stress en spanning maakt een jongere kwetsbaarder om anorexia nervosa te krijgen.
Ook ingrijpende ervaringen, zoals verlies van een ouder of van een broertje of zusje, verwaarlozing of mishandeling zijn levenservaringen die kunnen maken dat de jongere kwetsbaarder wordt voor het ontwikkelen van anorexia nervosa.

Genetische kenmerken
Ook genetische kenmerken lijken een rol te spelen, zonder dat precies bekend is om welke genetische factoren het gaat. Jongeren waarbij in de familie anderen mensen voorkomen met een eetstoornis, een stemmingsstoornis, dwang of een verslaving hebben een verhoogd risico om anorexia nervosa te krijgen.

Verstoorde werking van boodschapperstofjes in de hersenen
Hersencellen communiceren met elkaar door middel van boodschapperstofjes, ook wel neurotransmitters genoemd. Deze boodschapperstofjes spelen ook een belangrijke rol bij het regelen van de eetlust, de stemming en de manier waarop impulsen onderdrukt kunnen worden. Bij jongeren met anorexia komen andere concentraties van boodschapperstofjes in de hersenen voor. Zo blijken de hoeveelheid serotonine en dopmaine in de hersenen van jongeren met anorexia anders te zijn dan in de hersenen van jongeren zonder anorexia. Of deze veranderingen in de hersenen bijdragen aan het ontstaan van de anorexia of juist het gevolg zijn van de anorexia is niet goed bekend. Veranderingen in de hersenen dragen wel bij aan het voortbestaan van anorexia nervosa.

Hormonale veranderingen
Het weinige eten en het ondergewicht zorgen voor veranderingen van diverse hormoonconcentraties in het lichaam. Op deze manier ontstaan allerlei lichamelijke klachten als gevolg van de anorexia nervosa. Verlaagde waardes van schildklierhormoon zorgen voor een lage bloeddruk, trage hartslag en slechtere doorbloeding, verlaagde waardes van geslachtshormonen voor uitblijven van de menstruatie, verlaagde waardes van groeihormoon IGF1 voor afbraak van vet, verhoogde waardes van cortisol voor afbraak van spieren, verhoogde waarde van ADH voor het vasthouden van vocht en een verhoogde waarde voor ghreline voor stoornissen in de maagdarm functie.

Tekort aan leptine en een overmaat aan ghreline
Jongeren met anorexia nervosa hebben vaak een tekort aan leptine. Dit is een hormoon wat er voor zorgt dat mensen een vol gevoel krijgen wanneer ze voldoende gegeten hebben. Een tekort aan leptine zorgt ook voor toename van beweeglijkheid bij knaagdieren, mogelijke verklaart dit ook de bewegingsdrang die vaak voorkomt bij jongeren met anorexia nervosa. Ook zorgt een verhoogd ghreline uit de maagwand wat een hongergevoel geeft, voor toename van bewegingsdrang (met als doel het zoeken van voedsel) en ook dit zou kunnen bijdragen aan het ontstaan van bewegingsdrang. Ook zorgt bewegen voor de aanmaak van dopamine, wat zorgt voor een goed gevoel. Bewegen kan ook helpen om de lichaamstemperatuur omhoog te krijgen en zo te voorkomen dat jongeren het koud hebben.

Wat zijn de symptomen van anorexia nervosa?
Variatie
Er bestaat een grote variatie in de hoeveelheid en in de ernst van de symptomen die verschillende kinderen met anorexia nervosa hebben.

Angst om te dik te zijn of te worden
Jongeren met anorexia zijn erg bang om te dik te zijn of dit te worden. Deze gedachte houdt jongeren met anorexia vaak de hele dag bezig. Vaak is de jongere de hele dag bezig met niet eten en het verbruiken van calorieën om maar niet dik te worden. Ook gaan jongeren met anorexia nervosa vaak meerdere keren per dag op de weegschaal staan.

Veel water drinken
Vaak gaan jongeren met anorexia nervosa veel water drinken om hun maag hiermee gevuld te hebben, zodat ze minder trek krijgen in eten.

Weinig eten
Jongeren met anorexia nervosa eten vaak heel weinig. Vaak zijn jongeren heel handig in het verbergen dat zij weinig eten. Zij geven bijvoorbeeld aan niet lekker te zijn en daarom niet mee te eten aan tafel of hebben een druk schema met sporten waardoor zij niet mee aan tafel eten. Wanneer een jongere wel aan tafel moet eten, dan kiezen jongeren voor produkten waar weinig calorieën in zitten zoals sla die zij in een langzaam tempo opeten. Boterhammen die meegaan naar school worden vaak weg gegooid. Het niet eten geeft jongeren met anorexia nervosa vaak een sterk en krachtig gevoel.

Spugen
Wanneer een jongere met anorexia wel veel heeft moeten eten, dan zorgen veel jongeren dat zij dit eten weer uit spugen op het toilet of in de tuin. Door een vinger ver achter in de keel te steken wordt dit spugen opgewekt. Jongeren die veel spugen kunnen eelt hebben op de knokkels van de hand als gevolg van het regelmatig een vinger in de keel steken. Dit wordt ook wel Russels sign genoemd.

Laxeren
Een andere methode om dat wat gegeten is weer kwijt te raken is het gebruik van laxeermiddelen. Laxeermiddelen geven vaak buikpijnklachten en kunnen ook zorgen dat er juist een verstopping van de darmen ontstaat.

Eetbuiten
Een deel van de jongeren met anorexia heeft ook eetbuiten, waarin zij in korte tijd ontzettend veel eten. Na deze eetbuien zorgen jongeren dat zij moeten spugen, zodat dit eten niet in het lichaam terecht komt.

Veel bewegen
Jongeren met anorexia bewegen vaak heel veel, om op deze manier veel calorieën te verbruiken om gewicht te verliezen. Soms doen jongeren dit openlijk door fanatiek te sporten. Een ander deel van de jongeren doet dit in het geheim op de eigen kamer door oefeningen te doen zoals opdrukken of planken. Ook kunnen jongeren normale activiteiten zoals wandelen met de hond of trap lopen extra lang en extra vaak gaan uitvoeren. Er zijn ook jongeren die niet stil kunnen zitten en voortdurend hun armen en benen bewegen en hun buikspieren aanspannen. Dit overmatig bewegen wordt ook wel dwangmatig bewegen genoemd, het bewegen heeft als doel om niet aan te komen in gewicht of om geen last te hebben van angsten of nare gevoelens.

Laag gewicht
Jongeren met anorexia nervosa hebben vaak een laag lichaamsgewicht. De armen en de benen zijn dun en bevatten weinig vetweefsel. Vaak wegen jongeren meer dan 15% minder dan gebruikelijk is voor hun lichaamslengte. Jongeren met een ernstige vorm van anorexia nervosa kunnen wel 30% minder wegen dan gebruikelijk is voor hun lengte. Door het lage gewicht kunnen de ogen diep in het gezicht komen te liggen.

Zich zelf dik vinden
Ondanks het lage lichaamsgewicht, vinden jongeren met anorexia dat zij zelf te dik zijn. Zelfs wanneer anderen zien dat de jongere erg mager is en dat de ribben zichtbaar zijn, dan nog vinden jongeren zich zelf te dik.  

Minder contact met vrienden
Een deel van de jongeren met anorexia nervosa gaat steeds minder activiteit ondernemen met vrienden. Dit kan verschillende oorzaken hebben. Jongeren kunnen bang zijn dat zij samen met vrienden iets moeten gaan eten of drinken waardoor ze risico lopen om aan te komen in gewicht. Om dit te voorkomen gaan ze geen activiteit meer met vrienden ondernemen. Jongeren kunnen zich ook te onzeker voelen en daarom contact met vrienden uit de weg gaan of het moeilijk vinden om vrienden te maken. Ook kunnen jongeren door het lage lichaamsgewicht te weinig energie hebben om activiteiten met vrienden te ondernemen. Door minder contact met vrienden, zijn jongeren steeds meer op zich zelf aangewezen en eenzaam worden. Jongeren kunnen hierdoor in een isolement raken.

Kouden handen en voeten
Doordat de armen en benen weinig onderhuids vetweefsel bevatten hebben jongeren met anorexia vaak kouden handen/armen en voeten/benen die er bleek of zelfs blauw uit zien.

Fijne beharing op de huid
Jongeren met een laag gewicht krijgen vaak een toegenomen fijne beharing op de huid van de armen, de benen en het gezicht. Dit zijn zogenaamde donshaartjes, die ook wel lanugohaar worden genoemd. De huid voelt vaak droog aan, op de huid ontstaan gemakkelijk blauwe plekken.

Bloedarmoede
Jongeren met anorexia nervosa kunnen door een tekort aan ijzer en vitamines in de voeding gemakkelijk last krijgen van bloedarmoede. Bloedarmoede draagt bij aan de bleke lichaamskleur en de vermoeidheidsklachten.

Trage hartslag
Jongeren met anorexia nervosa krijgen vaak een trage hartslag. Het hart klopt minder vaak dan 60 keer per minuut. Deze trage hartslag wordt veroorzaakt door een tekort aan schildklierhormoon. Door een tekort aan het zout kalium bestaat er een risico op het krijgen van hartritmestoornissen.

Lage bloeddruk
Door een tekort aan water, zouten en eiwitten hebben jongeren met anorexia nervosa vaak een lage bloeddruk. De lage bloeddruk kan zorgen voor een licht gevoel in het hoofd, duizeligheid het zien van sterretjes voor de ogen en geluiden van heel ver weg afkomend horen.

Flauw vallen
Jongeren met anorexia nervosa hebben een grotere kans om flauw te vallen als gevolg van een te trage hartslag of een te lage bloeddruk in combinatie met bloedarmoede.

Hartafwijking
Ernstige anorexia nervosa kan zorgen voor het ontstaan van afwijkingen aan de hartspier (cardiomyopathie), het ontstaan van vocht in het hartzakje (pericardeffusie) en het minder goed functioneren van hartkleppen (mitralisinsufficientie).

Wegblijven ongesteldheid
Het lage lichaamsgewicht zorgt er voor dat jongeren met anorexia minder vrouwelijke geslachtshormonen aanmaken en daardoor vaak niet meer ongesteld worden wanneer zij dit al waren. Jongeren die anorexia krijgen op moment dat zij nog niet ongesteld waren, worden vaak ook niet ongesteld. Wanneer de borstontwikkeling nog niet op gang gekomen was voor het ontstaan van de anorexia, gebeurt dit vaak ook niet zolang de anorexia voortduurt.

Buikpijn
Jongeren met anorexia nervosa hebben gemakkelijker last van buikpijnklachten of van een opgeblazen gevoel in de buik. Verstopping van de darmen kan gemakkelijk ontstaan, evenals diarree. Regelmatig braken kan zorgen voor pijn in de slokdarm, keel en/of maag.

Botontkalking
Het lage lichaamsgewicht zorgt er voor dat er minder vrouwelijke hormonen (oestrogenen) worden aangemaakt waardoor de botten minder sterk worden. Dit wordt botontkalking genoemd. De botten zijn hierdoor brozer. Een jongere kan hierdoor gemakkelijker een bot breken tijdens een val.

Kleine lengte
Wanneer jongeren voor of tijdens de periode waarin de groeispurt moet komen anorexia nervosa krijgen, dan bestaat er een kans dat zij deze groeispurt niet krijgen en een kleinere lichaamslengte houden.

Tanden
Bij jongeren die veel braken, kan het maagzuur in het braaksel zorgen voor aantasten van het tandglazuur. Jongeren krijgen hierdoor gelige tanden waarin gemakkelijker gaatjes ontstaan.

Ruiken uit de mond
Jongeren met anorexa nervosa kunnen een vieze adem krijgen als gevolg van acetongeur.

Haaruitval
Het tekort aan voedingsstoffen kan zorgen voor haaruitval en het ontstaan van kale plekken in het haar.

Gestoorde functie van de nieren
Anorexia nervosa kan er voor zorgen dat de nieren niet meer goed werken. Dit komt vaak voor bij jongeren die plastabletten gaan gebruiken om af te vallen. De nieren kunnen het water en zoutgehalte in het lichaam niet meer goed regelen, waardoor kinderen te veel water kunnen uitplassen en uitdrogen of te veel water kunnen vasthouden.

Nierstenen
Jongeren met anorexia nervosa hebben een grotere kans op het krijgen van nierstenen. Nierstenen geven aanvalsgewijze buikpijn en kunnen zorgen voor bloed en/of gruis in de urine.

Vocht vasthouden
Door een tekort aan eiwitten in het lichaam, kunnen jongeren met anorexia nervosa vocht gaan vasthouden in hun armen en/of benen waardoor de armen en benen er opgezwollen uit gaan zien.

Minder spierkracht
Het tekort aan voedingsstoffen zorgen ervoor dat jongeren minder sterk worden in hun spieren. Aan de andere kant trainen jongeren met anorexia nervosa vaak veel om zo gewicht te verliezen, waardoor het in het begin niet opvalt dat de spieren minder sterk zijn. De afname van de kracht door het lagere gewicht wordt dan gecompenseerd door het vele trainen. Op een gegeven moment is het gewicht zo laag, dat de spieren worden afgebroken omdat het lichaam de spiereiwitten nodig heeft om er energie van te maken. De spierkracht gaat dan steeds verder achteruit. De verminderde spierkracht kan zorgen voor trillen van de spieren en voor het ontstaan van spierkrampen.

Verminderde concentratie
Het lage lichaamsgewicht en de voortdurende gedachtes aan niet eten en niet dik willen zijn, maken dat jongeren met anorexia vaak problemen hebben met de aandacht en de concentratie. Het is voor jongeren vaak moeilijk om de aandacht bij schoolwerk of bij een gesprek te houden.

Problemen met onthouden
De anorexia nervosa zorgt voor problemen met onthouden. Het is voor jongeren moeilijk om informatie in het werkgeheugen op te slaan en om informatie van het werkgeheugen naar het lange termijn geheugen te krijgen. Jongeren met anorexia nervosa kunnen daardoor heel vergeetachtig zijn.

Traag reageren
Jongeren met een ernstige vorm van anorexia nervosa gaan vaak langzamer praten. Vaak duurt het een tijd voordat een jongere antwoord geeft op een vraag. Jongeren worden vaak algeheel traag in hun reactie. Deze traagheid wordt ook wel bradyfrenie genoemd.

Problemen met slapen
Jongeren met anorexia nervosa hebben vaker last van slaapproblemen. Jongeren hebben moeite om in slaap te vallen, slapen vaak licht en worden gemakkelijk wakker. Ook worden veel jongeren vroeg in de ochtend wakker.

Vermoeidheid
Jongeren met anorexia nervosa hebben vaak weinig energie en voelen zich erg vermoeid.

Minder emoties voelen
Een deel van de jongeren met anorexia nervosa merkt dat zij minder emoties voelen. Ze zijn minder verdrietig, minder bang en minder boos, wat vaak als prettig wordt ervaren, aan de andere kant is er ook minder blijheid en plezier. Dit wordt ook wel afvlakken van emoties genoemd. Ook zijn er vaak in het gezicht weinig emoties meer te herkennen, het gezicht heeft altijd dezelfde uitdrukking.

Prikkelbaar gedrag
Een deel van de jongeren met anorexia vertoont juist prikkelbaar gedrag. Zij kunnen weinig prikkels in hun omgeving verdragen en worden gemakkelijk boos of verdrietig. Jongeren vinden het vaak moeilijk om goed te reageren op hun ouders die bezorgd om hen zijn.

Sombere stemming
Een deel van de jongeren met anorexia nervosa heeft een sombere stemming. Jongeren voelen zich verdrietig en waardeloos. Zij hebben weinig zin om activiteiten te ondernemen of een hobby te beoefenen.  Bij een deel van de jongeren is er naast anorexia nervosa ook sprake van een depressie.

Angst
Jongeren met anorexia nervosa zijn kwetsbaarder voor het ontwikelen van angsten.

Obsessief-compulsieve stoornis
Een deel van de jongeren met anorexia nervosa heeft ook last van een dwanggedachtes en dwanghandelingen. Dit wordt een obsessief compulsieve stoornis genoemd. Dwanggedachtes zijn telkens terugkerende gedachtes die vaak als vervelend worden ervaren. Dwanghandelingen zijn handelingen die een jongere moet uitvoeren om een te groot stress gevoel te onderdrukken, zoals bijvoorbeeld
alle voorwerpen zowel met rechts als links aanraken, de kraan een even aantal keren open en dicht draaien.

Autisme spectrumstoornis
Anorexia nervosa komt vaker voor bij jongeren met een autisme spectrum stoornis.

Persoonlijkheidsstoornis
Een deel van de jongeren met anorexia nervosa heeft naast de anorexia ook een persoonlijkheidsstoornis. Bij jongeren met anorexia van het purgerende type gaat het vaak borderline persoonlijkheidsstoornis, bij jongeren met anorexia van het restrictieve type gaat het vaak om een dwangmatige persoonlijkheidsstoornis.

Hoe wordt de diagnose anorexia nervosa gesteld?
Verhaal en onderzoek
Op grond van het verhaal van een kind of van de ouders dat een kind veel te weinig eet, zich zelf dik vindt en een te laag lichaamsgewicht heeft kan de diagnose anorexia nervosa worden gesteld. Bij kinderen moet het lichaamsgewicht 15% of meer onder het verwachte gewicht voor de lengte van het kind zijn. Andere eetstoornissen kunnen lijken op anorexia nervosa zoals boulimia nervosa of ARFID. Anorexia nervosa kan ook overgaan in boulimia nervosa.
Andere aandoeningen waarbij kinderen ondergewicht kunnen krijgen zijn een te snel werkende schildklier, coeliakie, inflammatoire darmziekte, kanker, chronische infectie of achalsie. Het onderscheid met anorexia nervosa is meestal niet moeilijk te maken, omdat kinderen met deze aandoeningen zichzelf niet te dik vinden.

Ernst anorexia
De Body Mass Index (BMI, gewicht delen door lengte x lengte (in meters) kan een maat geven voor de ernst van de anorexia. Daarnaast speelt bij kinderen en jongeren ook de snelheid van afvallen een rol bij het bepalen van de ernst en de gewichtslijnpercentiel.

Vragenlijsten
Er bestaan speciale vragenlijsten die behulpzaam kunnen zijn bij het vaststellen van de diagnose anorexia nervosa. Veel gebruikte vragen screeningsvragenlijsten zijn de SCOFF en de ESP.

Bloedonderzoek
Vaak wordt er bloedonderzoek verricht om te beoordelen in hoeverre er sprake is van een tekort aan bepaalde voedingsstoffen. Er wordt gekeken naar het Hb-gehalte om te kijken of er aanwijzingen zijn voor bloedarmoede, naar het glucose gehalte, het cholesterol gehalte, naar de zouten natrium en kalium, chloor, calcium, fosfaat, de zuurgraad van het bloed, de nier- en de leverfunctie, naar het stofje albumine als maat voor het tekort aan eiwitten, naar de waardes van de schildklier en geslachtshormonen en naar vitamines om te kijken in hoeverre hier tekorten aan zijn. Bij jongeren met anorexia worden vaak veel verstoorde bloedwaardes gevonden.

ECG
Vaak wordt er een hartfilmpje (ECG) gemaakt om te kijken of er risico bestaat op het ontstaan van hartritmestoornissen als gevolg van een tekort aan belangrijke voedingsstoffen. Dit moet altijd gedaan worden wanneer de BMI kleiner is dan 17,5 kg/m2 en bij jongeren en volwassenen met een te laag kalium gehalte. Een te laag kaliumgehalte kan een verlening geven van de QT-tijd waardoor hartritmestoornissen kunnen ontstaan.

Botdichtheidsmeting
Door middel van een botdichtheidsmeting kan gekeken worden of er sprake is van botontkalking die meer behandeling vraagt dan het herstellen van een gezond voedingspatroon.
 

 
Hoe wordt anorexia nervosa behandeld?
Erkennen dat er een probleem is
Een belangrijke maar vaak moeilijke stap in de behandeling van anorexia nervosa is te zorgen dat de jongere zelf ziet dat er sprake is van een eetprobleem. Dit is vaak een moeilijke stap, de omgeving van de jongere ziet wel dat er een probleem is, maar de jongere zelf ervaart dit niet zo. Een van de eerste stappen om te kunnen beginnen met een behandeling, is de stap te erkennen dat er sprake is van een probleem. De tweede stap is de bereidheid om dit probleem te veranderen. Dit is vaak voor veel jongeren met anorexia heel erg moeilijk. De anorexia is vaak onderdeel geworden van hun identiteit en jongeren vinden het heel moeilijk de zekerheid en het vertrouwen die ze krijgen door het gewicht onder controle te houden los te laten. Het eerste doel in de behandeling is vaak te voorkomen dat de jongere nog verder afvalt.

Motivatie
Een belangrijke stap die nodig is voor de behandeling van anorexia nervosa is het erkennen dat er een probleem is en daardoor motivatie krijgen om aan het probleem te gaan werken. Wanneer jongeren ernstig ondergewicht hebben, kunnen zij vaak niet goed nadenken waardoor het moeilijk is om te erkennen dat er een probleem is en om motivatie te ontwikkelen. Vaak is het eerst nodig dat er weer sprake is van een beter gewicht, voordat jongeren in staat zijn om motivatie op te brengen voor behandeling. Wanneer er weer sprake is van een beter gewicht, kan samen met de jongere gekeken waar de jongere zelf last van heeft (bijvoorbeeld problemen met nadenken, het altijd koud hebben) om zo motivatie te vinden om dit probleem aan te pakken.

Begeleiding
De meeste jongeren hebben begeleiding nodig om te genezen van anorexia. Begeleiding is op verschillende manieren mogelijk. Het is heel belangrijk dat de jongere vertrouwen heeft in de persoon die de begeleiding gaat geven en dat deze persoon ervaring heeft in het begeleiden van jongeren met anorexia nervosa. Er bestaan in Nederland verschillende instellingen die ervaring hebben in het begeleiden van jongeren met anorexia nervosa. Begeleiding kan gegeven worden door een psycholoog, een kinder- en jeugdpsychiater, een orthopedagoog, een verpleegkundige en/of vaak ook door een ervaringsdeskundige, iemand die zelf te maken heeft gehad met anorexia nervosa. Begeleiding kan poliklinisch gegeven worden, de jongere slaapt dan gewoon thuis, of klinisch waarbij de jongere ook slaapt in het behandelcentrum.
Vaak wordt ook begeleiding aan het hele gezin gegeven, omdat de anorexia nervosa bij de jongere gevolgen heeft voor het hele gezin.

Therapie
Vaak krijgen jongeren met anorexia nervosa therapie om te kijken wat heeft gemaakt dat de anorexia nervosa is ontstaan. Bij veel jongeren met anorexia nervosa is er sprake van perfectionisme, van faalangst, van controledwang, van onzekerheid en/of van een laag zelfbeeld. Met behulp van therapie kan gekeken worden welke andere manieren er zijn om met deze gevoelens en problemen om te gaan. Samen met de jongere wordt gekeken welke manier van omgaan met deze gevoelens en aanpakken van deze problemen bij de jongere past en die de jongere zelf in de toekomst kan toepassen wanneer de jongere opnieuw te maken krijgt met deze gevoelens of problemen. Therapievormen die vaak worden toegepast zijn cognitieve gedragstherapie (CGT), psychomotore therapie en family based treatment. Bij pubers kan ook adolescent focused therapy worden toegepast, waarbij de puber en de ouders apart begeleiding krijgen.
Bij volwassenen kan ook voor interpersoonlijke therapie (IPT), Maudsley model of anorexia treatments for adults (MANTRA), of specialist supportive clinical management (SSCM) als therapievorm gekozen worden.

Gedwongen behandeling
Bij ernstig ondergewicht die levensbedreigend wordt en geen motivatie voor behandeling, kan gedwongen behandeling nodig zijn. Wanneer er alarmsignalen zijn moet gedwongen behandeling besproken worden en vaak ook ingezet worden. Via de wet verplichte geestelijke gezondheidszorg die sinds 2020 is aangenomen, kan dit via een crisismaatregel of via een zorgmachtiging. In een zorgmachtiging wordt schriftelijk met jongere en ouders vastgelegd wanneer er noodzaak is tot verplichte zorg. Ook via de jeugdwet zijn er mogelijkheden voor gedwongen behandeling via de kinderbescherming (onder toezichtstelling, uit huis plaatsen).

Medicijnen
Een kinder- en jeugdpsychiater kan medicijnen voorschrijven die een jongere kunnen helpen tijdens het herstelproces. Vaak gaat het om medicijnen die het serotonine gehalte in de hersenen verhogen. Ook kunnen antipsychotica zoals olanzepine gebruikt worden wanneer jongeren een hele grote angst hebben om weer te gaan eten. Medicijnen kunnen ook ingezet worden om bijkomende problemen zoals een depressie of dwang te behandelen.

Afspraken over het gewicht
Het is belangrijk dat de jongere een dusdanig gewicht heeft, dat het mogelijk is om te werken aan het herstel van de anorexia nervosa. Een kinderarts kan aangeven welk gewicht de jongere minimaal moet hebben, zodat het lichaam weer in staat is om de verschillende lichaamsfuncties weer op een goede manier uit te voeren. Dit is het gewicht wat op de -1 SD lijn zit voor de lengte van het kind. Soms lukt het de jongere zelf om voldoende te eten om dit minimale gewicht weer te halen. Bij een ander deel van de jongeren is het nodig om de jongere tijdelijk dwangvoeding of sondevoeding te geven om dit doel te bereiken. Bij ernstig ondergewicht zullen jongeren in het ziekenhuis moeten worden opgenomen. Er bestaat dan risico op het zogenaamde refeeding syndroom.

Gezond eten
Het is belangrijk dat een jongere met anorexia nervosa weer leert om gezond en gevarieerd te eten zodat het lichaam alle noodzakelijke voedingsstoffen binnen krijgt. Vaak heeft de jongere begeleiding nodig om te weten hoe gezonde voeding eruit ziet. Een voedingsdeskundige of een diëtiste kunnen jongeren hierbij helpen. Via vienetwerk kunnen dietistes gevonden worden die ervaring hebben in de begeleiding van jongeren met een eetstoornis. Het eerste doel zal zijn om te voorkomen dat een jongere nog verder afvalt. Soms kan drinkvoeding worden ingezet om dit doel te bereiken.

Dagprogramma
Het is voor jongeren met anorexia nervosa belangrijk om structuur in de dag te hebben door middel van een dagprogramma. In het dagprogramma zijn alle activiteiten van de dag opgenomen zoals momenten voor zelfverzorging, eetmomenten, rust momenten, momenten voor activiteit, momenten voor therapie en wanneer het lukt ook weer momenten voor school. Deze structuur geeft jongeren vaak houvast om de dagen door te komen.

Normaal bewegen
Het is belangrijk dat jongeren met anorexia nervosa leren ervaren wat het verschil is tussen normaal bewegen en dwangmatig bewegen. Normaal bewegen is gezond, maar het is belangrijk te voelen wanneer het lichaam moe is of pijn heeft als signaal om dan rust te nemen. Samen sporten kan helpen om te ervaren wat normaal bewegen is, normaal bewegen zorgt voor plezier in bewegen. Het is belangrijk om in stappen het dwangmatig bewegen af te bouwen tot een normale manier van bewegen. Een psychomotore therapeut kan begeleiding geven in het weer normaal gaan bewegen.

Geduld
Herstellen van anorexia nervosa kost vaak tijd, vaak zelfs meerdere jaren. Het is dus belangrijk om geduld te hebben en te weten dat behandeling en therapie tijd kost.

Steun vanuit de omgeving
Steun vanuit de omgeving is belangrijk voor het herstel van de jongere met anorexia nervosa. Steun in de vorm van geaccepteerd worden en geliefd worden zoals je bent ongeacht je gewicht. Steun ook in de vorm van het ondernemen van plezierige activiteiten zodat er meer is dan alleen de anorexia nervosa en de behandeling van de anorexia nervosa. Maar ook steun in het kader van duidelijke afspraken en duidelijke grenzen waar iedereen in het gezin zich aan moet houden.

Gezin
Wanneer een gezinslid anorexia nervosa heeft, dan heeft dit ook gevolgen voor de andere mensen in het gezin. Dit roept allerlei gevoelens op, bijvoorbeeld gevoelens van verdriet, van boosheid en/of van machteloosheid. Daarom wordt naast begeleiding aan de jongere die anorexia nervosa heeft ook begeleiding gegeven aan de andere mensen in het gezin. Het kan helpen als zij hun gevoelens mogen uiten. Dwang of controle vanuit andere gezinsleden naar de jongere met anorexia nervosa is meestal niet helpend en werkt juist vaak averechts. De andere gezinsleden kunnen helpen door aan tafel andere gesprekken te voeren, dan gesprekken die gaan over (niet) eten. Ook kunnen gezinsleden de jongere met anorexia helpen, door de jongere te vragen welke vorm van steun zij graag zouden krijgen van het gezinslid.

Onderzoek
Er wordt onderzoek gedaan om te kijken of er nieuwe behandelvormen zijn voor jongeren met anorexia nervosa waar de huidige behandelingen onvoldoende effect hebben. Er wordt gekeken of deep brain stimulation een mogelijke behandelvorm kan zijn.

Begeleiding
Wanneer een jongere anorexia nervosa heeft, heeft dit gevolgen voor de jongere zelf, maar ook voor het hele gezin. Vaak roept het bij alle gezinsleden heftige emoties op. Een maatschappelijk werkende of psycholoog kunnen jongere en gezin ondersteunen hoe alle gezinsleden hier het beste mee om kunnen gaan.

Contact met andere jongeren en ouders
Door middel van een oproepje op het forum van deze site kunt u proberen in contact te komen met andere jongeren en hun ouders/verzorgers die ook te maken hebben (gehad) met anorexia nervosa.

Wat betekent het hebben van anorexia nervosa voor de toekomst?
Volledig herstellen
Ongeveer de helft van de jongeren met anorexia nervosa is in staat om volledige te herstellen van anorexia nervosa Vaak kost dit herstel wel meerdere jaren. Jongeren die tijdens de puberteit anorexia nervosa krijgen hebben een grotere kans op volledige herstel dan jong volwassenen die pas op volwassen leeftijd anorexia nervosa krijgen.

Gedeeltelijk herstel
Ongeveer een op de drie jongeren herstelt gedeeltelijk van de anorexia nervosa. Zij zijn in staat om een lichaamsgewicht te bereiken en te behouden waarmee zij redelijk normaal kunnen functioneren in de maatschappij zonder al te veel gezondheidsproblemen. Wel blijven deze jong volwassenen bezig met eten en niet eten en hun gewicht, maar niet meer in die mate dat dit hun hele leven beheerst. In periodes van veel stress en spanning bestaat er risico op terugval met opnieuw ontstaan van symptomen als gevolg van anorexia nervosa.

Chronische vorm anorexia nervosa
Bij een op de vier tot vijf jongeren gaat de anorexia nervosa niet over. Deze jongeren blijven ook op volwassen leeftijd een te laag lichaamsgewicht houden die zorgt voor het ontstaan van gezondheidsproblemen.

Behoudplan
Het is belangrijk voor jongeren die hersteld zijn van anorexia nervosa een behoudplan te maken die handvatten geeft hoe de jongere kan handelen om terugval te voorkomen. In dit plan staat wat de jongere geleerd heeft, wat aanleiding kan zijn voor een terugval (trigger genoemd) en wat de jongere zelf kan doen of hoe de jongere om hulp kan vragen als er een terugval dreigt te ontstaan.

Vastlopen op ontwikkelingsdomeinen
Het hebben van anorexia nervosa heeft gevolgen voor de ontwikkeling van een kind. Door het lage lichaamsgewicht, is er geen energie waarmee de jongere zich kan ontwikkelingen op gebieden waarin de jongeren zich zou moeten ontwikkelen. Op deze manier ontstaat een achterstand in de sociaal-emotionele ontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling, schoolse ontwikkeling en/of lichamelijke ontwikkeling. Jongeren kunnen met extra aandacht en therapie wanneer zij weer een gezond gewicht hebben, alsnog stappen maken om vooruit te gaan op deze ontwikkeldomeinen.

Osteoporose
Door de verminderde botopbouw tijdens de puberteit hebben volwassenen die als jongere anorexa nervosa hebben gehad, een grotere kans om vroegtijdig last te krijgen van osteoporose. Door de osteoporose kan een inzakking van de wervel in de rug ontstaan of een bot gemakkelijk breken.

Overlijden
Anorexia nervosa is een ernstige aandoening waar jaarlijks jongeren aan komen te overlijden. Overlijden is vaak het gevolg van een hartstilstand door hartritmestoornissen of van zelfdoding. Mannen en jongens hebben een hogere kans om te komen te overlijden dan meisjes en vrouwen, mogelijk omdat anorexia bij jongens en mannen minder snel wordt herkend en daardoor minder snel wordt behandeld.

Kinderen krijgen
Volwassenen die als kind anorexia nervosa hebben gehad en nu weer een normaal lichaamsgewicht hebben en ongesteld worden, kunnen kinderen krijgen.
Voor volwassen vrouwen die last houden van de anorexia nervosa en niet ongesteld zijn is het moeilijk om kinderen te krijgen. Soms lukt dit alsnog met behulp van een hormoonbehandeling. Het is echter wel belangrijk om te bedenken of het lichaamsgewicht wel voldoende is om het moederschap aan te kunnen.
Kinderen waarvan de moeder zelf anorexia nervosa heeft hebben een verhoogde kans om zelf later ook anorexia nervosa te krijgen.

Hebben broertjes en zusjes ook een verhoogde kans om ook anorexia nervosa te krijgen?
Bij het ontstaan van anorexia nervosa blijken erfelijke factoren naast omgevingsfactoren en levenservaringen een rol te spelen. Zusjes en in veel mindere mate broertjes hebben daarom een verhoogde kans om zelf ook anorexia nervosa te krijgen. Zij hebben dus een kwetsbaarheid om anorexia nervosa te kunnen krijgen, maar of zij dit krijgen hangt weer af van hun omgevingsfactoren en hun levenservaringen.

Wilt u dit document printen dan kunt u hier een pdf-versie downloaden.

Wilt u ook uw verhaal kwijt, dat kan: verhalen kunnen gemaild worden via info@kinderneurologie.eu en zullen daarna zo spoedig mogelijk op de site worden geplaatst. Voor meer informatie zie hier.

Heeft u foto's die bepaalde kenmerken van deze aandoening duidelijk maken en die hier op de website mogen worden geplaatst, dan vernemen wij dit graag.

Referenties
1. Anorexia nervosa: aetiology, assessment, and treatment. Zipfel S, Giel KE, Bulik CM, Hay P, Schmidt U. Lancet Psychiatry. 2015;2:1099-111
2. Medical Complications of Anorexia Nervosa and Bulimia. Westmoreland P, Krantz MJ, Mehler PS. Am J Med. 2016;129:30-7.
3. Recent Research and Personalized Treatment of Anorexia Nervosa. Kan C, Treasure J. Psychiatr Clin North Am. 2019;42:11-19
4. Deep brain stimulation in the management of paediatric neuropsychiatric conditions: Current evidence and future directions Ashkan K, Baig Mirza A, Tambirajoo K, Furlanetti L Eur J Paediatr Neurol 2020
5. Medical Complications of Anorexia Nervosa. Cass K, McGuire C, Bjork I, Sobotka N, Walsh K, Mehler PS. Psychosomatics. 2020;61:625-631.
6. Positive emotion and motivational dynamics in anorexia nervosa: A positive emotion amplification model (PE-AMP). Selby EA, Coniglio KA. Psychol Rev. 2020;127:853-890
7. Incidence, prevalence and mortality of anorexia nervosa and bulimia nervosa. van Eeden AE, van Hoeken D, Hoek HW. Curr Opin Psychiatry. 2021;34:515-524
8. Dwangmatig bewegen bij anorexia nervosa Snijders F, Furth EF, NTvG 2023;5:8-13

Links

  1. Weet.info
    (Site van patientenvereniging rond eetstoornissen)
  2. www.kenniscentrum-kjp.nl
    (Site met informatie over verschillende kinder- en jeugdpsychiatrische ziektebeelden)
  3. www.jongerenhulponline.nl
    (online website die 24 uur per dag anoniem hulp aan kan bieden via chat, telefoon of email aan jongeren die met een probleem hebben waar ze hulp voor nodig hebben).
  4. Www.eetstoornissennetwerk.nl
    (Website waar behandelaren die gespecialiseerd zijn in eetstoornissen gevonden kunnen worden)
  5. Stichting Kiem
    (Stichting Kiem geeft begeleiding aan gezinsleden en andere betrokkenen van een jongere met anorexia nervosa)


Laatst bijgewerkt: 22 juli 2023 voorheen: 2 juli 2022, 31 juli 2021, 10 maart 2021, 14 oktober 2020, 9 juni 2019 en 28 april 2018

 

Auteur: JH Schieving

 

 


 

 

 

Hier is ruimte voor
Uw verhaal

Heeft uw kind nog andere symptomen, laat het ons weten.