Hoofdpijn algemeen
Hoofdpijn is een veel voorkomend probleem. 5-15% van de mensen heeft regelmatig last van hoofdpijnklachten. 96% van de mensen heeft ooit in zijn leven last van hoofdpijn gehad.
Niet iedere patient met hoofdpijn bezoekt een dokter vanwege de hoofdpijnklachten.
Veel mensen denken dat hoofdpijn ontstaat door een ziekte in de hersenen. Dit is niet waar, want in de hersenen zitten geen pijnreceptoren. Hoofdpijn komt door prikkeling van pijnreceptoren in de spieren van het hoofd, de huid van het gezicht, de hersenvliezen of de bloedvaten.
De meest voorkomende hoofdpijnsoorten zijn migraine, spierspanningshoofdpijn en medicatieafhankelijke hoofdpijn.
Er wordt onderscheid gemaakt in primaire hoofdpijn syndromen en secundaire hoofdpijnsyndromen. In de laatste categorie is er sprake van hoofdpijn als gevolg van een andere oorzaak.
Het karakter van de hoofdpijn, het feit of de hoofdpijn eenmalig aanwezig is, terugkerend in aanvallen of continu aanwezig is, geeft belangrijke informatie over het type hoofdpijn waar sprake van is.
Onderstaande red flags vragen extra alertheid op een andere aandoening dan een primair hoofdpijn syndroom.
Spanningshoofdpijn
De meest voorkomende hoofdpijnsoort is spanningshoofdpijn, 70% van de mensen met hoofdpijn heeft hier last van. Dit is een verzamelnaam voor verschillende soorten hoofdpijn die gekenmerkt worden door hoofdpijn in het voorhoofd en bij de slapen: het gevoel van een strakke band om het hoofd. Spierspanning hoeft geen rol te spelen bij het ontstaan van deze hoofdpijn, de term spierspanningshoofdpijn kan dus misleidend zijn, daarom wordt tegenwoordig gesproken van spanningshoofdpijn. Tot nu toe is er nog geen betere term gevonden voor deze vorm van hoofdpijn.
Spanningshoofdpijn geeft pijnklachten in het voorhoofd en in de nek, vaak ook bij de kaken.
Spanningshoofdpijn neemt vaak toe in de loop van de dag.
Bij de pathofysiologie van Spanningshoofdpijn, spelen de nervus trigeminus en centrale sensitisatie in hersenstam en grote hersenen een belangrijke rol.
Medicatieafhankelijke hoofdpijn
Medicatieafhankelijke hoofdpijn
Ook moet de medicatie afhankelijke vorm van hoofdpijn niet worden onderschat. Een op de 40 Nederlanders heeft hier last van.
Er wordt gesproken van medicatie afhankelijke hoofdpijn wanneer een persoon met hoofdpijn langer dan drie maanden frequent pijnstillers gebruikt om de hoofdpijn te onderdrukken. Er ontstaat dan een vicieuze cirkel waarbij
Medicatie afhankelijke hoofdpijn ontstaat eigenlijk nooit bij mensen die van te voren geen hoofdpijn hadden en om een andere reden (bijvoorbeeld reuma) regelmatig pijnstillers moeten gaan gebruiken.
Centrale sensitisatie in de thalamus speelt waarschijnlijk een belangrijke rol bij het ontstaan van medicatie-afhankelijke hoofdpijn.
Bij patienten met een medicatie-afhankelijke hoofdpijn is er vaker sprake van een depressie of een angststoornis. Het is belangrijk hier tijdens de behandeling aandacht voor te hebben.
Denk ook aan cafeine afhankelijke hoofdpijn ! Hieronder ziet u hoeveel cafeine elk van deze produkten in de getoonde hoeveelheid bevat. Cafeine kan medicatie afhankelijke hoofdpijn doen verergeren. De gevoeligheid voor cafeinhoudende dranken verschilt per persoon. Gemiddeld krijgen Nederlanders last van cafeinafhankelijke hoofdpijn wanneer ze meer dan 500 mg cafeine per dag gebruiken. Dit is een gemiddelde, bij sommige mensen ligt de grens lager en bij andere ligt deze hoger.
Er wordt gesporoken van chronische dagelijkse hoofdpijn wanneer de hoofdpijn langer dan 3 maanden lang aanwezig is op meer dan de helft van de dagen van de maand aanwezig is.
Bij chronische dagelijkse hoofdpijn is er vaak sprake van medicatie-afhankelijke component of een cafeine afhankelijke component.
Clusterhoofdpijn
Clusterhoofdpijn
Clusterhoofdpijn is een aanvalsgewijze vorm van hoofdpijn, die gepaard gaat met heftige pijn rondom en achter een oog in combinatie met tranenvloed of neusuitvloed aan dezelfde kant. Een deel van de mensen heeft het syndroom van Horner tijdens de aanval van de hoofdpijn.
De meeste patienten hebben episodische clusterhoofdpijn. De aanvallen van hoofdpijn komen enkele weken achter elkaar voor, om daarna ook weer maanden weg te blijven.
Een deel van de patienten krijgt een meer chronische vorm van cluster hoofdpijn, waarbij de hoofdpijnvrij periodes maar heel kort zijn, maximaal een maand.
Een aanval van hoofdpijn kan behandeld worden met injecties sumatriptan of door het inademen van zuivere zuurstof.
Om aanvallen te voorkomen kan de calciumantagonist verapamil gebruikt worden.
Wanneer verapamil onvoldoende effect heeft, kunnen ook andere medicijnen gebruikt worden om nieuwe aanvallen van clusterhoofdpijn te voorkomen.
Voor de chronische vorm van clusterhoofdpijn loopt een onderzoek om te kijken of stimuleren van de nervus occipitalis major door middel van een pacemaker kan helpen om minder last te hebben van hoofdpijnklachten.
Pasroxysmale hemicrania
Paroxysmale hemicrania lijkt veel op clusterhoofdpijn. De aanvallen bij paroxysmale hemicrania duren korter en komen frequenter voor. Ook kent deze vorm van hoofdpijn meestal geen langdurige hoofdpijnvrije periodes.
Paroxyxmale hemicrania kan goed behandeld worden door dagelijks innemen van het medicijn indometacine.
Ook SUNCT is een hoofdpijnvorm waarbij de hoofdpijn aan een kant in het gezicht voorkomt in combinatie met autonome symptomen. De aanvallen bij SUNCT duren heel kort, maar komen wel heel frequent voor.
Trigeminusneuralgie
Trigeminusneuralgie
Trigeminus neuralgie is een aanvalsgewijze hoofdpijn in het verloop van de nervus trigeminus.
Trigeminus neuralgie kan behandeld worden met medicijnen. Indien dit niet afdoende werkt kan een operatie verricht worden. Bij de Janetta operatie wordt er een decompressie van de nervus trigeminus van de vaatlus bewerkstelligd. Bij de sweet procedure wordt het ganglion van Gasser gecoaguleerd.
Arteriitis temporalis
Bij oudere mensen komt de chronische hoofdpijnvorm arteriitis temporalis voor. Deze vorm van hoofdpijn kan zorgen voor het ontstaan van blindheid.
De gouden standaard voor het stellen van de diagnose is het nemen van een biopt uit de arteria temporalis. De patholoog ziet dan een vasculitis.
Met behulp van een ECHO kan de a priori kans op een arteriitis ingeschat worden. Ook kan de beste plaats voor het biopt bepaald worden.
Artteriitis temporalis wordt behandeld met het medicijn prednison.
Ideopatische intracraniele hypertensie
Bijzondere vormen van hoofdpijn
Peracute hoofdpijn
Peracute hoofdpijn is een red flag voor nader onderzoek. De meestvoorkomende oorzaak van peracute hoofdpijn die ernstige gevolgen kan hebben is een subarachnoidale bloeding. 11-25% van de mensen met een peracute hoofdpijn blijkt een subarachnoidale bloeding te hebben.
Wanneer aanvullend onderzoek geen afwijkingen laat zien en de patient goed hersteld wordt gesproken van thunderclap headache.
Peracute hoofdpijn kan verschillende oorzaken hebben.
Om de oorzaak te achterhalen wordt in eerste instantie een CT-scan verricht. Tot een aantal jaren terug werd indien de CT-scan geen aanwijzingen voor een bloeding liet zien een lumbaal punctie verricht om te kijken naar bloedpigmenten. Recent onderzoek heeft aangetoond dat dit niet meer nodig is, mits een 3e generatie CT-scan is gemaakt binnen 6 uur na ontstaan van de peracute hoofpijn, het verhaal typisch is en er geen neurologische uitvalsverschijnselen zijn. Anders wordt alsnog een LP gedaan, 12 uur na ontstaan van de klachten.
Wanneer de LP geen afwijkingen laat zien en er nog steeds hoofdpijnklachten bestaan kan ander aanvullend onderzoek nodig zijn, zoals een Ct-A, MRI, MRA, MRV of angiografie.
Chronische dagelijkse hoofdpijn
Er wordt gesproken van chronische dagelijkse hoofdpijn (CHD)wanneer een persoon meer dan 15 dagen per maand last heeft van hoofdpijn.
CHD komt bij 4,6% van allen mensen voor, bij 6% van de vrouwen en bij 2,9% van de mannen.
Een andere naam voor chronische dagelijkse hoofdpijn is H15+, deze term geeft aan dat er meer dan 15 dagen per maand hoofdpijn aanwezig is, maar dat dit dus niet dagelijks aanwezig hoeft te zijn.
De meest voorkomende oorzaak van chronische dagelijkse hoofdpijn is een primaire hoofdpijnvorm. Bij 2,1% van de mensen met chronische dagelijkse hoofdpijn is er sprake van een secundaire hoofdpijnvorm. De meest voorkomende secundaire hoofdpijn vorm als oorzaak voor chronische dagelijkse hoofdpijn is medicatie over gebruikshoofdpijn. Dit komt bij de helft van de mensen met chronische dagelijkse hoofdpijn voor.
Er zijn een aantal rode vlaggen, samengevat onder het acronieem SNNOOP10 die kunnen wijzen op de aanwezigheid van een secundaire hoofdpijn vorm. Dit kan reden zijn om een MRI-scan te maken. Biij 14,5 % van de mensen met chronische dagelijkse hoofdpijn zijn er een of meerdere rode vlaggen. Een MRI scan bij deze groep laat bij 2,1% een afwijking op de scan zien die een specifieke behandeling vraagt. Ook bij rode vlaggen is de kans op het vinden van een MRI afwijking die specifieke behandeling vraagt klein (en is de kans op het vinden van een toevalsbevinding groter.
Wanneer er geen aanwijzingen zijn voor een secundaire vorm van H15+, kan de duur van een onbehandelde aanval helpen in het maken van onderscheid. Er wordt onderscheid gemaakt in aanvallen die korter duren dan 4 uur en aanvallen die langer duren dan 4 uur.
Bij het ontstaan van chronische hoofdpijn spelen aanpassingen in het zenuwstelsel (sensitisatie) een belangrijke rol, net als medicatie overgebruik. Het advies is de medicatie te saneren en dat te bekijken welke primaire vorm van hoofdpijn overblijft. Aaerobe trainig, fysiotherapie en cognitieve gedragstherapie kunnen behulpzaam zijn om van chronische hoofdpijn weer terug te gaan naar episodische hoofdpijn of zelfs geen hoofdpijn meer.
Een van de meest voorkomende vormen van chronische hoofdpijn is chronische migraine. Jaarlijks gaat bij een op de 40 mensen een episodische vorm van migraine over in een chronische vorm. De kans hierop is bij vrouwen groter dan bij mannen. Ook zijn er meerdere risicofactoren die de kans op het ontstaan van chronische migraine verhogen. Met de juiste aanpak lukt het bij een op de twee mensen de chronische vorm van migraine weer om te zetten in een episodische vorm van migraine.
Een tweede vorm van chronische hoofdpijn is de chronische spierspanningshoofdpijn. Hoe vaak dit precies voorkomt is niet bekend, omdat hiervoor minder vaak medische hulp wordt gezocht dan voor chronische migraine.
Medicatie overgebruiks hoofdpijn is een secundaire vorm van chronische hoofdpijn die ook regelmatig voorkomt.
Er bestaat een hoofdpijnvorm waarbij mensen in korte tijd last krijgen van hoofdpijn die daarna niet meer verdwijnt en chronisch aanwezig blijft, dit wordt nieuw ontstane dagelijkse persisterende hoofdpijn genoemd.
Een vierde vorm van chronische lang aanhoudende hoofdpijn is hemicrania continua. Deze vorm van hoofdpijn reageert uitstekend op behandeling met indometacine.
Voor de chronische vormen van hoofdpijn die korter duren dan 4 uur wordt verwezen naar de teksten hierboven over deze specifieke vormen van hoofdpijn.
Referenties
- Kurth T et al, Migraine and the risk of cardiovascular disease in woman: prospective cohort study. BMJ 2016: 353i:2610
- Blumenfeld AM, Aurora SK, Laranjo K, Papapetropoulos S.Unmet clinical needs in chronic migraine: Rationale for study and design of COMPEL, an open-label, multicenter study of the long-term efficacy, safety, and tolerability of onabotulinumtoxinA for headache prophylaxis in adults with chronic migraine. BMC Neurol. 2015;15:100
- Pijpers JA, Wiendels NJ, Koppem H, Ferrari MD, Haan J en Terwindt G. Hoofdpijn door overgebruik van pijnmedicatie. Ned Tijdschr Geneeskund 2018:162:27-32
- Biemond nascholingssyllabus Pijn en hoofdpijn 2023.
Laatst bijgewerkt: 16 december 2023 voorheen: 19 november 2023, 29 juli 2018 voorheen: 4 oktober 2017
Auteur: Jolanda Schieving