A|A|A
kinderneurologie

 

 

 

 

 



Ziektenbeelden

Vraag om informatie

Gastenboek

Van A tot en met Z

Praktische links

Contact met ouders

MCAD



Wat is MCAD?
MCAD is een stofwisselingsziekte waarbij een goede vetverbranding niet mogelijk is door het ontbreken van een bepaald enzym in het lichaam. Dit enzym heet Medium-Chain AcylCoA Dehydrogenase.

Hoe wordt MCAD ook wel genoemd?
De afkorting MCAD staat voor Medium-Chain Acyl CoA Dehydrogenase Deficiëntie. Het woord deficiëntie geeft aan dat er een tekort is aan een bepaalde stof in het lichaam. De naam van de stof waar een tekort aan is, is Medium-Chain Acyl CoA Dehydrogenase

ACADM deficiëntie
Andere namen voor MCAD zijn: ACADM deficiëntie, hierbij staan de letters in een andere volgorde. ACADM staat voor AcylCoA dehydrogenase, medium chain.

Midden-keten Acyl-CoA dehydrogenase deficiëntie
In het Nederlands wordt gesproken van een midden-keten Acyl-CoA dehydrogenase deficiëntie.

Klassiek en mild
Er wordt onderscheid gemaakt tussen een klassiek type MCAD en een mild type MCAD. Dit heeft te maken met de hoeveelheid werken enzym wat nodig aanwezig is. Bij de klassieke vorm is er minder dan 10% van de normale hoeveelheid werkend enzym aanwezig. Bij de milde vorm is er meer dan 10% werkend enzym aanwezig.

Hoe vaak komt MCAD voor?
MCAD komt in Nederland bij ongeveer één op de 8000 tot 9000  kinderen voor. Dit is de afgelopen 10 jaar duidelijk geworden, nu alle kinderen met de hielprik gescreend worden. Daarvoor werden er minder kinderen met MCAD gevonden, ongeveer één op de 12.000 kinderen.

Bij wie komt MCAD voor?
De meeste kinderen met MCAD die niet behandeld worden krijgen voor hun 5e levensjaar klachten. Doordat de ziekte tegenwoordig via de hielprik opgesppoord kan worden, kan al op jonge leeftijd voordat er klachten zijn ontstaan, worden gestart met een behandeling.
Zowel jongens als meisjes kunnen MCAD krijgen.

Waar wordt MCAD door veroorzaakt?
Fout in erfelijk materiaal
MCAD wordt veroorzaakt door een fout in het erfelijk materiaal, het DNA. Het gaat om een fout in het eerste chromosoom op de plaats van het ACADM-gen.

Autosomaal recessief
MCAD erft op zogenaamd autosomaal recessieve manier over. Dat wil zeggen dat een kind pas klachten krijgt wanneer beide chromosomen 1 allebei een fout bevatten op plaats van het ACADM-gen
Dit in tegenstelling tot een autosomaal dominante aandoening, waarbij een fout op één van de twee chromosomen al voldoende is om een ziekte te krijgen.

Ouders drager
Vaak zijn beide ouders drager van deze aandoening. Zij hebben zelf een chromosoom 1 met fout en een chromosoom 1 zonder fout. Doordat ze zelf ook een chromosoom 1 zonder fout hebben, hebben de ouders zelf geen klachten.
Wanneer een kind van beide ouders het chromosoom 1 met de fout krijgt, dan krijgt dit kind MCAD. De kans dat beide ouders drager zijn van een foutje op dezelfde plek in een chromosoom is groter wanneer beide ouders (in de verte) familie van elkaar zijn.

Tekort aan enzym
Als gevolg van de fout in het ACADM-gen wordt een bepaald eiwit niet goed aangemaakt. Dit eiwit heet Medium-Chain AcylCoA Dehydrogenase afgekort als MCAD. Dit eiwit is een enzym, een eiwit wat een andere stof om kan zetten in een andere vorm.
Het enzym MCAD is nodig voor het afbreken van middellange keten vetten (C6-C10) tot kleinere vetten. Deze kleinere vetten kunnen worden omgezet in energie. Dit gebeurt in de energiefabriekjes van de cellen: de zogenaamde mitochondriën.  Deze energie is belangrijk voor het goed functioneren van cellen.

Brandstof
Lichaamscellen kunnen hun energie uit grofweg drie stoffen halen: uit glucose, uit glycogeen en uit vet. In eerste instantie zullen de lichaamscellen glucose gebruiken voor hun energievoorziening. Wanneer de glucose op is, zullen ze glycogeen gaan gebruiken. Wanneer ook de glycogeenvoorraad op is, zullen vetten verbrand gaan worden om energie voor de cellen te maken. Dit laatste is niet goed mogelijk bij kinderen met een MCAD. Wanneer de glycogeenvoorraad op is en de vetvoorraad niet goed kan worden benut ontstaat een glucosetekort.

Vasten
Kinderen met MCAD krijgen pas grote problemen als gevolg van hun ziekte wanneer ze niet voortdurend glucose toevoer krijgen. Dit gebeurt bijvoorbeeld tijdens vasten of tijdens een periode met veel braken waarin geen voeding word binnen gehouden. Ook tijdens een infectie wanneer het lichaam veel extra energie nodig heeft is een verhoogde glucosetoevoer nodig. Het lichaam kan heel even glucose maken uit de glycogeenvoorrraad om in glucose te blijven voorzien. Hoe ouder een kind is, hoe langer dit goed gaat. Wanneer de glycogeenvoorraad uitgeput is, moet de vetvoorraad aangesproken worden. Dit laatste proces verloopt onvoldoende goed bij kinderen met MCAD, waardoor kinderen tijdens vasten in de problemen komen.

Hersencellen
Hersencellen hebben voortdurend glucose nodig om te kunnen functioneren. Ze kunnen niet goed gebruik maken van andere stoffen voor hun energie voorziening. Wanneer de hersenen geen glucose krijgen zullen zijn na korte tijd beschadigd raken door energiegebrek. Wanneer de beschadiging zeer ernstig is kunnen de hersencellen afsterven als gevolg van het glucose en energiegebrek.

Overmaat aan niet afgebroken vetten
Door het tekort aan het enzym MCAD kunnen de vetten in het lichaam niet goed worden afgebroken en omgezet worden in energie. Daardoor hopen deze vetten zich op in het lichaam waardoor ook schade aan het lichaam kan ontstaan. De lever kan vergroot worden als gevolg van een overmaat aan vetten.

Wat zijn de verschijnselen van MCAD?
Variatie
Er bestaan variatie in de hoeveelheid en in de ernst van de klachten die verschillende kinderen met MCAD hebben. Dit hangt ook samen met de hoeveelheid nog werkend enzym. Kinderen zonder werkend enzym zullen meer klachten hebben, dan kinderen met nog wel werkend enzym.

Geen klachten
Wanneer kinderen met MCAD niet ziek zijn en normaal eten, hebben ze geen klachten.

Vasten
Kinderen met MCAD krijgen klachten wanneer zij enige tijd geen voeding binnen krijgen (dit wordt vasten genoemd) of wanneer zij veel moeten braken en daardoor de voeding niet binnen kunnen houden.

Bleke kleur
Door de lage suikerwaardes (glucose waardes) in het bloed krijgen kinderen een bleke huidskleur. Vaak voelt de huid klam en zweterig aan.

Sloomheid
Kinderen met MCAD die vasten, worden geleidelijk aan steeds slomer en trager en reageren niet meer goed op de omgeving.

Coma
Wanneer kinderen die sloom zijn, geen voeding of glucose krijgen toegediend, zullen kinderen als gevolg van energie tekort in coma raken.

Lage spierspanning
Als gevolg van het energie tekort, gaat de spanning in de spieren omlaag. Kinderen voelen slap aan wanneer ze opgetild worden. De armen en benen liggen plat op de onderlaag. Kinderen hebben geen energie om de armen en benen op te tillen.

Epilepsie
Als gevolg van het energietekort in de hersenen kunnen epileptische aanvallen ontstaan. Verschillende soorten epileptische aanvallen kunnen ontstaan, zoals aanvallen met strekken van de armen en benen (tonische aanvallen) of aanvallen met schokken van de armen en benen (clonische aanvallen).

Braken
Tijdens periodes van vasten, kunnen kinderen ook gaan braken als gevolg van de ziekte zelf.

Bolle buik
Kinderen waarbij niet ontdekt is dat ze MCAD hebben, kunnen een bolle buik krijgen. Dit komt omdat de lever vergroot is geraakt door de opslag van allerlei niet afgebroken vetten in de lever.

Hersenbeschadiging
De hersenen kunnen als gevolg van tekort aan glucose beschadigd raken. Hierdoor kunnen allerlei functies die de hersenen uitvoeren minder goed verlopen. Er kunnen problemen ontstaan met bewegen, met praten, met zien, met voelen, met nadeken en/of met leren.

Overlijden
Wanneer niet tijdig wordt ontdekt dat een kind MCAD heeft en wanneer niet tijdig gezorgd wordt voor voldoende glucosetoevoer bijvoorbeeld via een infuus, kunnen de hersenen zo ernstig beschadigd raken dat een kind als gevolg van deze hersenbeschadiging komt te overlijden.

Hoe wordt de diagnose MCAD gesteld?
Hielprik
Sinds 2007 wordt met de hielprik getest op MCAD. Hierdoor wordt het overgrote merendeel van de kinderen opgespoord voordat ze klachten krijgen. Als de hielprik afwijkend is, worden ouders door de huisarts op de hoogte gesteld. Daarna vindt er vervolgonderzoek plaats in een ziekenhuis dat gespecialiseerd is in stofwisselingziekten. De hielprik voor MCAD is heel betrouwbaar.
Vroeger werd de diagnose vooral gesteld als kinderen al ernstige klachten hadden. Sinds de invoering van de hielprikscreening komt dit gelukkig vrijwel niet meer voor. Alleen heel zelden ontstaan klachten al in de eerste levensdagen voordat de hielprik is gedaan.

Bloedonderzoek
Op grond van bloedonderzoek kan de diagnose MCAD overwogen. In het bloed wordt in tijden van ziek zijn een lage glucose spiegel gevonden in combinatie met een hoog gehalte aan vetzuren in het bloed. Ook ontbreken ketonen, een stofje wat vrijkomt wanneer er vet verbrand wordt. Wanneer een kind met MCAD niet ziek is, kan het bloedonderzoek vrijwel normaal zijn. Wanneer er een sterke verdenking bestaat op MCAD kan in het bloed het enzym wat ontbreekt bij MCAD worden bepaald. Ontbreken van dit enzym in bewijzend voor MCAD.

DNA-onderzoek
Ook door middel van bloedonderzoek kan de fout in het DNA worden opgespoord. Tevens zal ook het DNA van de ouders van een kind met MCAD worden onderzocht om te kijken of zij drager zijn van deze ziekte.

Hoe wordt MCAD behandeld?
Niet vasten
Kinderen met MCAD moeten zorgen dat zij niet gaan vasten. Zij moeten regelmatig eten om zo te zorgen voor voldoende glucosetoevoer. Tot de leeftijd van 2 jaar is er per leeftijdsgroep een advies voor de maximale periode zonder voeding in de nacht. Dit is een standaard advies, de behandelend kinderarts kan aangeven dat het nodig is een ander advies aan te houden voor een kind.

leeftijd maximale pauze tussen twee voedingsmomenten
0-2 maanden 4 uur
2-6 maanden 6 uur
6-12 maanden 8 uur
12-24 maanden 10 uur

Diëtiste
Een dietiste kan advies geven over de hoeveelheid maaltijden op de dag en de samenstelling van de maaltijd zodat voorkomen wordt dat kinderen gaan vasten en in de problemen komen.

Noodprotocol
Kinderen met MCAD krijgen vaak een advies op papier mee, wat te doen in situaties waarin het kind niet wil of kan eten, erg moet braken of ziek is met koorts. Ook is dit noodprotocol belangrijk wanneer kinderen nuchter moet zijn voor bijvoorbeeld een operatie.

Medicijnen
Levocarnitine is een stofje wat in het lichaam voorkomt en wat zorgt dat de vetzuren makkelijker naar en in de energiefabriekjes (mitochondriën) vervoerd worden. Dit stofje komt ook in de voeding voor, maar wordt vaak aan kinderen met MCAD gegeven.

Infuus
Wanneer een kind met MCAD ziek is en het niet lukt om voldoende zelf te eten, moet het naar het ziekenhuis toe komen. Dan krijgt het glucose via een infuus toegediend zodat er altijd voldoende glucosetoevoer is om problemen te voorkomen. Wanneer het zelf weer in staat is om voldoende te eten, wordt het infuus weer gestopt.

Begeleiding
Een maatschappelijk werkende of psycholoog kan begeleiding geven hoe het hebben van deze aandoening een plaats kan krijgen in het dagelijks leven. Het kost vaak tijd voor kind en ouders om het hebben van een stofwisselingsziekte een plaats te geven in het dagelijks leven. Het vergt een aanpassing en een alertheid van ouders, die onderdeel moet worden van de dagelijke routine.

r

Contact met andere ouders
Door het plaatsen van een oproep op het forum van deze site kunt u proberen in contact te komen met andere kinderen en hun ouders met MCAD.

Wat betekent MCAD voor de toekomst?
Normaal leven
Kinderen met MCAD kunnen in principe een normaal leven lijden. Wel moeten ze er voor zorgen dat ze altijd voldoende eten en niet gaan vasten of streng gaan lijnen. Tijdens periodes van ziek zijn of koorts moeten ze extra alert zijn en voldoende eten.

Hersenbeschadiging
Bij kinderen waarbij MCAD pas ontdekt is tijdens een periode van een laag glucose gehalte in het bloed, kunnen hersenbeschadigingen zijn ontstaan. De duur en de mate waarin het lichaam glucose tekort gekomen is bepalen de ernst van de schade. Deze schade kan variëren van licht tot heel ernstig. Bij ernstige schade kan het gaan om kinderen die als gevolg van het glucose tekort problemen hebben met voortbewegen, vaak rolstoel gebonden zijn, niet meer goed kunnen zien en kunnen communiceren.

Overlijden
Een op de vier kinderen met een ernstige hersenbeschadiging komt te overlijden als gevolg van deze beschadiging. Vroegtijdig opsporen en behandelen van deze aandoening is dus van groot belang. Daarom wordt deze ziekte tegenwoordig door middel van de hielprik opgespoord.

Kinderen krijgen
Volwassenen met MCAD kunnen kinderen krijgen. Het is voor vrouwen met MCAD belangrijk om in geval van kinderwens contact op te nemen met de internist en een gynaecoloog om goed plan te maken voor begeleiding tijdens de zwangerschap. Deze kinderen hebben nauwelijks een verhoogde kans om zelf ook MCAD te krijgen. Dit zou alleen kunnen wanneer de partner drager is van een fout in het ACADM-gen of wanneer de partner zelf ook MCAD heeft. De kans hierop is klein.

Hebben broertjes en zusjes vergrote kans om MCAD te krijgen?
Erfelijke aandoening
MCAD is een erfelijke ziekte. Meestal blijken beide ouders drager te zijn van een fout in het DNA op een van de chromosomen. De ouders zelf hebben geen klachten als gevolg van dit dragerschap, ze hebben immers ook nog een chromosoom met niet afwijkend DNA. Hun kinderen kunnen echter in 25% van de gevallen beide chromosomen krijgen met het afwijkende stukje DNA. In dat geval hebben deze kinderen wel de ziekte. Een broertje of zusje van een kind met MCAD heeft dan 25% kans om de ziekte ook te hebben. Een klinisch geneticus kan hiermee informatie over geven.

Prenatale diagnostiek
Wanneer bekend is welke fout in het erfelijk materiaal MCAD veroorzaakt dan is het mogelijk om tijdens een volgende zwangerschap tijdens de zwangerschap door middel van een vruchtwaterpunctie of een vlokkentest te kijken of dit aanstaande kind MCAD zal kunnen krijgen. Beide ingrepen hebben een klein risico op het ontstaan van een miskraam (0,5% bij de vlokkentest en 0,3% bij de vruchtwaterpunctie). Meer informatie over prenatale diagnostiek kunt u vinden op de website: www.npdn.nl.

d

Wilt u dit document printen dan kunt u hier een pdf-versie downloaden.

Wilt u ook uw verhaal kwijt, dat kan: verhalen kunnen gemaild worden via info@kinderneurologie.eu en zullen daarna zo spoedig mogelijk op de site worden geplaatst. Voor meer informatie zie hier.

Heeft u foto's die bepaalde kenmerken van deze aandoening duidelijk maken en die hier op de website mogen worden geplaatst, dan vernemen wij dit graag.

Links
www.stofwisselingsziekten.nl
(Nederlandse vereniging van mensen met een stofwisselingsziekte)
Zorgpad voor mensen met MCAD

Referenties
1. Jager E.A. et al, A nationwide retrospective observational study of population newborn screening for medium-chain acyl-CoA dehydrogenase (MCAD) deficiency in the Netherlands. J Inherit Metab Dis. 2019; 42:890-897.
2. Schatz U.A. et al, The clinical manifestation of MCAD deficiency: challenges towards adulthood in the screened population. J Inherit Metab Dis 2010; 33:513-520.

Laatst bijgewerkt: 30 maart 2020 voorheen: 29 april 2007

Auteur: JH Schieving
Update: KJ Kersbergen, AM Bosch (Amsterdamumc)

 

 

Hier is ruimte voor
Uw verhaal

Heeft uw kind nog andere symptomen, laat het ons weten.