A|A|A
kinderneurologie

 

 

 

 

 



Ziektenbeelden

Vraag om informatie

Gastenboek

Van A tot en met Z

Praktische links

Contact met ouders

LGID (Low glycaemic index dieet)

 

Wat is LGID?
LGID is een dieet waarbij kinderen en volwassenen met name producten eten die er voor zorgen dat de suikerspiegel vrij constant laag blijft in het bloed en geen grote pieken en dalen kent. Daarnaast mogen kinderen en volwassenen veel minder suiker bevattende producten eten dan gebruikelijk en moeten ze juist meer vet bevattende producten eten.

Hoe wordt LGID ook wel genoemd?
LGID is de afkorting van Low Glycaemic Index Dieet. Het is een dieet waarbij kinderen en volwassen met name producten gebruiken die de suikerspiegel in het bloed nauwelijks verhogen. Ze zorgen dus voor een lage (=low) suikerwaarde (glycaemic index) in het bloed.

Ketogeen dieet
LGID is een variant van het ketogene dieet. Dit is een dieet waarbij kinderen en volwassenen heel anders gaan eten waardoor het lichaam overschakelt van een suiker als brandstof naar vet als brandstof voor het lichaam. Het ketogeen dieet wordt gebruikt bij kinderen die een moeilijk behandelbare vorm van epilepsie hebben. Het is een heel zwaar dieet wat niet altijd goed vol te houden is, omdat kinderen en volwassenen hierbij heel anders moeten eten (bijvoorbeeld een ontbijt met eieren en slagroom) dan andere mensen in hun omgeving. Daarom zijn er varianten van dit klassieke ketogene dieet gekomen die maken dat het eten meer lijkt op het eten wat we gewend zijn te eten, waardoor deze diëten beter vol te houden zijn.
Zo is het MCT-dieet ontwikkeld, een dieet waarbij wat normaler gegeten wordt en daarnaast een vette drank (MCT-drank) gedronken moet worden. Ook met dit dieet bleek het goed mogelijk te zijn om de epilepsie onder controle te krijgen. Omdat ook het MCT-dieet nog steeds veel vraagt van kinderen en volwassenen is er gezocht naar andere varianten van dieet die minder streng zijn dan het klassieke ketogeen dieet en het MCT-ketogene dieet, maar die hopelijk wel het zelfde effect hebben.
Het LGID-dieet leek hiervoor geschikt te zijn. Dit dieet was oorspronkelijk ontwikkeld voor mensen die af wilden vallen en voor mensen met suikerziekte op oudere leeftijd. Inmiddels zijn een aantal kinderen en volwassenen met een moeilijk behandelbare vorm van epilepsie behandeld met dit dieet. Het lijkt ook goed effect te hebben.
Een ander dieet wat tegenwoordig ook wel gebruikt wordt voor de behandeling van epilepsie is een aangepaste vorm van het Atkins dieet. Dit wordt ook wel modified Atkins dieet genoemd.

Aan wie wordt LGID voorgeschreven?
LGID wordt voorgeschreven aan kinderen met een moeilijk behandelbare vorm van epilepsie die niet voldoende onder controle te krijgen is met behulp van medicijnen. Er is inmiddels ervaring bij kinderen met het Angelman syndroom die zo’n moeilijk behandelbare vorm van epilepsie hebben. Kinderen van alle leeftijd en met alle vormen van epilepsie kunnen in aanmerking komen voor dit dieet.
Ook wordt het LGI-Dieet voorgeschreven aan kinderen die de stofwisselingsziekte GLUT1-deficientie syndroom hebben.
Het LGI-Dieet wordt ook voorgeschreven aan volwassenen met suikerziekte, overgewicht, hart-en vaatziekten, polycysteus ovarium syndroom omdat het bij deze volwassenen een gunstige invloed heeft op het verloop van de aandoening die deze volwassenen hebben.

Wat is het werkingsmechanisme van het LGID?
Niet goed bekend
Het is eigenlijk niet goed bekend wat nu het werkzame onderdeel is van het LGI-Dieet. De constante lage bloedsuiker waarde heeft een gunstig effect maar hoe dit gunstige effect nu zorgt voor afname van de epilepsie is niet goed bekend.

Stabiele glucose
Kinderen en volwassenen met het LGI-Dieet hebben hele stabiele suikerwaardes in hun bloed. Dit heeft weer effect op de hoeveelheid insuline die het lichaam moet aanmaken. Ook hoeft het lichaam bijna geen suikers vrij te maken uit andere stoffen in het lichaam (glycolyse). Mogelijk speelt dit een rol bij het effect van het LGI-Dieet.

Hersenen en vetten
Hersenen kunnen heel goed vet gebruiken als brandstof voor de aanmaak van energie. Het LGI-Dieet bevat veel meer vetten dan gebruikelijk, maar voor de hersenen maakt het geen verschil uit of ze u suiker als brandstof gebruiken of vetten.

Neuropeptide Y
Er zijn mensen die vermoeden dat neuropeptide Y een belangrijke rol zou kunnen spelen in het verminderen van de epilepsie. Neuropeptide Y is een stofje in ons lichaam die zowel in de darmen als in de hersenen wordt aangemaakt. Maar hoe dit dan precies werkt is niet bekend.

Lage zuurgraad
Door het volgen van het LGI-Dieet stijgt de zuurgraad in het bloed. Waarschijnlijk speelt dit ook een belangrijke rol bij het effect van het LGI-Dieet.

 

Hoe ziet LGID eruit?
Vooronderzoeken
Voor starten van het dieet zullen een aantal vooronderzoeken gedaan worden om te kijken of het LGI-Dieet opgestart mag worden. Er zal gekeken worden naar lengte, gewicht, bloeddruk, hartslag, bloedonderzoek (nierfunctie, leverfunctie, waardes van cholesterol en vetten in bloed, zuurwaarde, onderzoek om te kijken of er aanwijzingen voor een stofwisselingsziekte), urine onderzoek ( aanwezigheid nierstenen, stofwisselingsonderzoek) en een hartfilmpje (ECG).
Bij kinderen met epilepsie zal vaak een uitgangs-EEG worden gemaakt. Wanneer er in de familie mensen zijn met nierstenen zal vaak een ECHO van de nieren worden gemaakt om te kijken of er bij deze kinderen ook al kleine nierstenen in de nieren aanwezig zijn.

Diëtiste
Een diëtiste kan precies aan de hand van het gewicht, de lengte en de dagbesteding van een kind berekenen hoe een LGI-Dieet er voor dit kind uit moet zien. De diëtiste berekent eerst hoeveel calorieën een kind per dag nodig heeft. Daarna berekent de diëtiste hoeveel vet, koolhydraten (= suikers) en eiwitten een kind dan per dag nodig zal hebben. Aan de hand daarvan geeft de diëtiste voorbeelden hoe een gevarieerd voedingspatroon voor het LGI-Dieet eruit zal zien.

Thuis instellen
Het instellen van dit dieet gebeurt gewoon thuis en niet in het ziekenhuis zoals bij het ketogeen dieet vaak het geval is.

Dieet
in het LGI-Dieet is de verhouding tussen vet, koolhydraten en eiwitten heel anders dan in een gebruikelijk dieet. In het LGI-Dieet komen 60% van de calorieën uit vet, 28% van de calorieën uit eiwitten en slechts 12% van de calorieën uit koolhydraten. Gemiddeld mogen kinderen tussen de 40 tot 60 gram koolhydraten per dag hebben wanneer zij een LGI-Dieet gebruiken, dat is veel minder dan gebruikelijk is voor Nederlandse kinderen.

Geen “snelle suikers”
Kinderen en volwassenen met het LGI-Dieet moeten proberen om alleen suikerhoudende producten te gebruiken die zorgen dat de suikerwaardes in het bloed (glucose waardes) laag en stabiel blijven en geen snelle stijging en daling van de bloedsuikerwaarde geven. Suikers die zorgen voor een snelle stijging van de bloedsuikerspiegel, de zogenaamde snelle suikers, mogen dus niet gebruikt worden.

In onderstaande tabel staan voorbeelden van producten die geen snelle stijging van de bloedsuiker geven en dus wel gebruikt mogen worden. Daarnaast ook een lijst van producten die wel een snelle stijging van de bloedsuiker geven en dus niet gebruikt mogen worden.

 

 

Producten die wel gebruikt mogen worden

Producten die niet gebruikt mogen worden

Drinken

water

limonade

 

thee zonder suiker

frisdrank

 

drinkbouillon

vruchtensap

 

suikervrije limonade siroop

drinkyoghurt

 

light frisdranken

 

 

soja melk naturel

 

 

Optimel drink

 

 

kokosmelk

 

 

Tomatensap (puur)

 

 

Grapefruitsap (puur)

 

 

Volle melk

 

 

 

 

Brood

volkorenbrood

witbrood

 

 

cornflakes

 

 

 

Brood beleg

40+ kaas

jam

 

Vleeswaren en worst

hagelslag

 

Gebakken of gekookt ei

chocolade pasta

 

Pindakaas

schuddebuikjes

 

Eier-tonijn- en zalmsalade

appelstroop

 

Kruidenboter

honing

 

 

suikervrij beleg mag ook niet

 

 

 

Warm eten

Alle groentes

Voorzichtig met pompoen en aardappelen

 

volkoren spaghetti kortkokend

witte spaghetti lang kokend

 

fettucini

pizza

 

granenrijst

Witte rijst

 

tortilla’s

couscous

 

volkoren macaroni

 

 

 

 

Fruit

grapefruit

watermeloen

(hoe rijper hoe hoger de GI)

appel

banaan

 

peer

druiven

 

perzik

 

 

sinaasappel

 

 

kersen

 

 

abrikozen (liefst gedroogd)

 

 

kiwi met mate (GI 55)

 

 

mango

 

 

aardbeien

 

 

 

 

Toetje

naturel yoghurt (evt met suikervrije limonade siroop)

vla

 

naturel kwark

vruchtenyoghurt

 

 

Griekse of Bulgaarse yoghurt

vruchtenkwark

 

Optimel produkten

Vruchtenmoes ook niet de suikervrije variant

 

waterijsje gemaakt van suikervrije limonadesiroop

 

 

 

 

Tussendoortje

volvette kaas

koekjes

 

worstje

snoepjes

 

gekookt eitje met mayonaise

ijsjes

 

olijven

rozijnen

 

kaassoesje

 

 

pinda’s

 

 

cashewnoten

 

 Glycaemische index
Alle producten hebben een zogenaamde glycaemische index. Dit wordt afgekort als GI. Dit is een getal dat aangeeft hoeveel de bloedsuiker spiegel gemiddeld stijgt na eten van dit product. Dit getal kan variëren van 0 tot 100. Wanneer een product een GI heeft van 100 dan zal de bloedsuiker spiegel na eten van dit product heel snel stijgen, vergelijkbaar met de stijging van de bloedsuikerspiegel na het eten van pure suiker. Wanneer een product een GI heeft van 0 dan zal na het eten van dit product de bloedsuiker spiegel niet stijgen. Alle andere waardes zitten daar tussen in. Kinderen die het LGI-Dieet volgen mogen producten eten die een GI hebben lager dan 50 (soms wordt 55 aangehouden). Er bestaan diverse tabellen die per product aangeven wat de GI waarde is. In het buitenland staat het soms zelfs op de verpakking aangegeven.
Een algemene regel is dat de GI van een product lager wordt wanneer het product vezels bevat, zuur is of vet bevat.
Een droge boterham heeft dus een hogere GI dan een boterham besmeert met boter. Een witte boterham heeft een hogere GI dan een volkoren boterham (bevat meer vezels).
De GI van een product wordt hoger wanneer het heel lang gekookt wordt waardoor het als het ware uit elkaar valt. Het is dus beter om pasta kort te laten koken dan het te lang te laten koken.
Er zijn ook tabellen die gebruik maken van witbrood waardes. Dit zijn andere getallen. Deze kunnen omgerekend naar GI door de getallen te vermenigvuldigen met 7 en dan te delen door 10.

Geleidelijk aan opbouwen
Kinderen krijgen niet van de een op de andere dag het LGI-Dieet. Meestal wordt het dieet geleidelijk aan ingevoerd. In eerste instantie mogen kinderen nog onbeperkt eten, maar mogen ze alleen geen producten meer gebruiken die snelle suikers bevatten. Ook worden extra vetten aan de voeding toegevoegd. Pas daarna zullen de koolhydraten (suikers) geleidelijk aan worden verminderd. Voor elke stap kan de tijd genomen worden, het is belangrijker dat de stap lukt, dan dat er snel achter elkaar stappen gemaakt worden.

Verminderen van koolhydraten
Wanneer de eerste stap geslaagd is en kind en ouders er aan gewend zijn om geen snelle suikers meer te gebruiken, dan zal geleidelijk aan de hoeveelheid koolhydraten (suikers) per dag verminderd worden. Ook dit gaat in stapjes.
Kinderen mogen dan bijvoorbeeld eerst niet meer dan 85 gram koolhydraten per dag gebruiken. Wanneer dit gelukt is, wordt de stap gemaakt naar niet meer dan 70 gram koolhydraten per dag en tot slot meestal de stap naar bijvoorbeeld niet meer dan 50 gram koolhydraten per dag. Het kind mag dan bij het ontbijt 15 gram koolhydraten krijgen, bij de lunch 15 gram koolhydraten en bij avondeten 15 gram koolhydraten. Er zijn dan nog 5 gram koolhydraten over voor een tussendoortje.
Per kind kunnen deze getallen variëren. De diëtiste zal aangeven welke getallen voor het betreffende kind van toepassing zijn.
De hoeveelheid koolhydraten die een product bevat kunnen opgezocht worden op de verpakking of een tabel. Ook zijn er een aantal globale regels:
- 1 stuk fruit van normale grootte bevat 15 gram koolhydraten
- 1 portie groente bevat 5 gram koolhydraten

Extra vetten
Voor het goed slagen van het LGI-Dieet is het belangrijk om extra vetten toe te voegen aan de voeding. De diëtiste zal precies aangeven hoeveel vet het betreffende kind per dag nodig heeft. Extra vetten kunnen worden toe gevoegd aan het eten door:
- door de warme maaltijd nadat deze bereid is twee eetlepels olijfolie of zonnebloemolie toe te voegen
- door boterhammen/crackers te besmeren met een dikke laag boter of margarine (geen halvarine of dieetboter)
- door aan het eten (sauzen of soepen) of aan tussendoortjes volvette mayonaise toe te voegen of crème fraiche of slagroom
- door kinderen elke dag een vetrijk tussendoortje te geven: volvette kaas, brie, worst, maximaal een keer per week een klein zakje chips
- het is ook mogelijk vetdrankjes te gebruiken zoals bij de meer strenge vormen van het ketogeen dieet (MCT-drank, ketocal)

Medicijnen
Kinderen krijgen vaak hun medicijnen in drankvorm voorgeschreven. In deze drankjes zit vaak veel suiker. Het is daarom belangrijk om te kijken of het mogelijk is om in plaats van een drankje een tablet of een capsule te gebruiken die veel minder suiker bevat dan een drankje.

Multivitamine
Om er voor te zorgen dat kinderen voldoende vitamines en mineralen binnen krijgen, zullen de meeste kinderen aanvullend een multivitamine krijgen voorgeschreven.

Calcium
Het LGI-Dieet bevat weinig calcium omdat kinderen minder melkproducten zullen gaan gebruiken. Kinderen hebben calcium nodig voor de groei en ontwikkeling van hun botten. Daarom zullen de meeste kinderen aanvullend kalktabletten (500 mg calcium per dag) krijgen om er zo voor te zorgen dat ze voldoende calcium binnen krijgen.

Carnitine
Carnitine is een stofje wat ons lichaam nodig heeft om vetten te verwerken. Kinderen die dit dieet volgen moeten meer vet verwerken en hebben daarom voldoende carnitine nodig. Wanneer blijkt dat ze minder carnitine hebben dan gebruikelijk, dan kan carnitine ook in tablet vorm worden gegeven (50 tot 100 mg per kilogram lichaamsgewicht verdelen over drie keer per dag).

Kaliumcitraat
Wanneer kinderen ene verhoogde kans hebben op het krijgen van nierstenen of wanneer er kleine nierstenen gezien worden op de ECHO van de nieren dan kan verder aangroei van deze nierstenen worden voorkomen door kinderen te behandelen met capsules die het stofje kaliumcitraat bevatten.

Regelmatig wegen
Kinderen krijgen via het LGI-Dieet niet veel calorieën binnen. Het dieet is bij kinderen echter niet bedoeld om af te vallen. Daarom is het goed om een keer per maand het gewicht te bepalen om te kijken of kinderen inderdaad op gewicht blijven en niet afvallen. Wanneer kinderen wel afvallen dan zal het dieet moeten worden aangepast.

Regelmatig controle
Kinderen met het LGI-Dieet zullen regelmatig op controle moeten komen in het ziekenhuis om te kijken hoe het gaat met het dieet, om te kijken wat het effect is van het dieet en om te controleren of het dieet geen negatieve gevolgen voor het kind gaat hebben. Vaak wordt een keer per 3 maanden bloed geprikt om dit te controleren. Geadviseerd wordt ook een keer per jaar een DEXA-scan te maken om te kijken naar de botdichtheid.

Epilepsieverpleegkundige
Het volgen van een LGI-Dieet heeft een grote impact op het dagelijks leven. Van kinderen en ouders wordt veel discipline gevraagd. Goede voorlichting en begeleiding door een epilepsieverpleegkundige met ervaring met dit dieet is belangrijk. De epilepsieverpleegkundige werkt nauw samen met de kinderneuroloog. De epilepsieverpleegkundige begeleidt niet alleen de ouders, maar geeft ook adviezen aan bijvoorbeeld begeleiders op een medisch kinderdagverblijf of leerkrachten op school.

Kinderneuroloog
De kinderneuroloog bepaalt samen met de ouders of het kind in aanmerking komt voor een behandeling met het LGI-Dieet. De kinderneuroloog beoordeelt ook of het dieet voldoende effect heeft na 3 maanden om te beoordelen of het dieet voortgezet moet worden of niet. Bekend is dat het mogelijk is dat het effect van het dieet pas later dan na 3 maanden komt (bij een op de zes kinderen). De kinderneuroloog kijkt of het mogelijk is om de medicijnen die gebruikt worden voor de behandeling van de epilepsie te verminderen. De kinderneuroloog werkt nauw samen met de diëtiste en met de epilepsieverpleegkundige.

Tijdsduur dieet
Het is niet goed bekend hoe lang het dieet gevolgd moet blijven worden. Meestal wordt het dieet bij voldoende effect een tot twee jaar gevolgd. Dan kan in overleg met de diëtiste geprobeerd worden het dieet minder streng te maken en geleidelijk aan af te bouwen. Wanneer het goed blijft gaan met de epilepsie kan het dieet helemaal worden afgebouwd, zodat kinderen weer normaal kunnen eten. Wanneer er de aanvallen toch weer toenemen na afbouwen of stoppen van het dieet zal bekeken moeten worden of het dieet toch langer gevolgd zal moeten en kunnen worden.

Contact met andere ouders
Door het plaatsen van een oproep op het forum van deze site kunt u proberen in contact te komen met andere kinderen en hun ouders die ook bezig zijn met dit dieet.

Welke kinderen mogen niet dit LGI-Dieet hebben?
Ondergewicht
Het is niet verstandig om kinderen die al te licht zijn voor hun lengte op dit dieet te zetten. Dit omdat de kans anders groot is dat deze kinderen hiervan nog verder afvallen. Wanneer het LGI-Dieet toch een goede optie lijkt, dan is het belangrijk er eerst voor te zorgen dat kinderen weer een normaal gewicht krijgen. Soms is het nodig om dan tijdelijk aanvullend calorierijke voeding of sondevoeding te geven. Pas wanneer kinderen weer een gezond gewicht hebben, kan gestart worden met het LGI-dieet.

Nierstenen
Door het LGI-Dieet wordt het bloed iets zuurder dan normaal gebruikelijk is. Hierdoor ontstaat een licht vergrote kans op het ontstaan van nierstenen. Wanneer kinderen al eens nierstenen hebben gehad of wanneer er in de familie mensen voorkomen die nierstenen hebben gehad, dan is het belangrijk te bekijken of het wel verstandig is dit dieet te geven.

Medicijnen
Bepaalde medicijnen zoals topiramaat (Topamax®), zonisamide (Zonegran ®) en acetozolamide (Diamox®) zorgen ook voor daling van de zuurgraad. Ook bij het gebruik van deze medicijnen is de kans op het ontstaan van nierstenen vergroot. Deze kans wordt waarschijnlijk nog groter wanneer kinderen ook het LGI-Dieet gaan volgen. Daarom wordt niet aangeraden om deze medicijnen te combineren met het LGI-dieet. Wanneer het LGI-dieet toch een goede optie lijkt, dan zal bekeken moeten worden of bovenstaande medicijnen kunnen worden gestopt of worden vervangen door een ander medicijn.

Verhoogde vetwaardes in het bloed
Tijdens het LGI-Dieet worden extra vetten gebruikt. Kinderen die voor starten van het dieet al verhoogde vetwaardes in hun bloed hebben, zouden tijdens het dieet nog hogere waardes in het bloed kunnen ontwikkelen. Daarom is het belangrijk eerst uit te zoeken waarom kinderen verhoogde vetwaardes hebben. Zo nodig moeten deze eerste behandeld worden met medicijnen.

Wat zijn de bijwerkingen van het LGI-Dieet?
Wennen
In het begin moeten kinderen wennen aan het dieet. Het vraagt toch een hele andere manier van eten. Kinderen kunnen in het begin last krijgen van een honger gevoel, maar dit verdwijnt meestal vanzelf weer. Andere kinderen hebben juist last van een vol gevoel, omdat de grotere hoeveelheid vet zorgt voor dit gevoel.

Sloomheid
In de eerste weken na opstarten van het dieet kunnen kinderen zich wat slomer voelen dan gebruikelijk. Bij de meeste kinderen verdwijnt dit gevoel weer en meestal voelen de kinderen zich juist fitter na starten van het dieet.

Belasting voor ouders
Het LGI-Dieet vraagt veel van kind, maar vooral ook van ouders. Kinderen mogen niet zomaar wat eten, maar zich houden aan het dieet en alleen de afgesproken producten eten. Dit vraagt heel wat discipline van kinderen en ouders. Ook uit logeren gaan of op vakantie gaan vraagt meer voorbereiding van de ouders. Toch geven veel ouders aan dat wanneer ze eenmaal gewend zijn aan het dieet dat het goed te doen is om het dieet vol te houden, zeker wanneer het dieet goed effect heeft.

Verstopping van de darmen
Het LGI-Dieet is een hele andere manier van eten waar de darmen vaak aan moeten wennen. Een deel van de kinderen krijgt last krijgen van verstopping van de darmen. Extra water drinken in combinatie met meer bewegen kan hiervoor een oplossing zijn. Soms zijn medicijnen nodig die er voor zorgen dat kinderen regelmatig kunnen poepen.

Gewicht
Tijdens het dieet komen kinderen meestal weinig aan in gewicht. Het is in elk geval niet de bedoeling dat kinderen gaan afvallen. Wanneer kinderen afvallen, dan zal het dieet aangepast moeten worden. Wanneer dat niet helpt, zal bekeken moeten worden of het verstandig is om door te gaan met het dieet.

Botdichtheid
Kinderen die het LGI-Dieet volgen hebben een hogere zuurwaarde in hun bloed. Deze zuurwaarde is van invloed op de aanmaak van het bot. Tijdens het dieet is de kans wat groter dat kinderen een lagere botdichtheid krijgen, zeker bij kinderen die zelf weinig lopen en veel in een rolstoel zitten. Het is daarom belangrijk om deze botdichtheid te meten met behulp van een dexa-scan.

Risico op hart-en vaatziekten
Vetten in ons dieet worden in verband gebracht met risico’s op hart-en vaatziekten en daarom zijn veel mensen er huiverig voor. Het LGI-dieet bestaat nog niet zo heel lang, maar het ketogeen dieet waarin kinderen nog veel meer vet krijgen wel. Tot nu toe zijn er geen aanwijzingen dat kinderen die ene ketogeen dieet volgen, hierdoor een vergrote kans op hart- en vaatziekten hebben.

Wat is het effect van het dieet?
Nog niet goed bekend
Inmiddels wordt het LGI-Dieet steeds vaker gebruikt en komt er steeds meer ervaring ook bij kinderen met epilepsie. Toch blijft het nog lastig om te zeggen wat het te verwachten effect van het LGI-Dieet zal zijn. Daarvoor zal er meer ervaring nodig zijn van mensen die dit dieet gevolgd hebben.

Ervaringen van anderen
Er zijn inmiddels onderzoeken gedaan naar het effect van dit dieet bij kinderen met een moeilijk behandelbare vorm van epilepsie. Na 3 maanden was er bij de helft van de kinderen sprake van een afname van het aantal aanvallen met meer dan 50%. Na 12 maanden was er bij 65% van de kinderen sprake van afname van het aantal aanvallen met meer dan 50%.

Aantal weken
Het effect van het dieet ontstaat niet direct, maar komt geleidelijk na een aantal weken. Bij het ene kind ontstaat het effect sneller dan het andere kind. Als drie maanden nadat het dieet helemaal volledig gevolgd is, nog steeds geen effect is van het dieet, dan bestaat er altijd nog een kans dat dit effect alsnog gaat komen. Zoals boven vermeld staat was na 3 maanden bij 50% van de kinderen de hoeveelheid aanvallen 50% minder en na 12 maanden bij 65% van de kinderen.

Geen effect
Het dieet heeft niet bij alle kinderen effect. Bij een op de drie kinderen heeft het dieet geen of te weinig effect. Met te weinig effect wordt bedoeld dat de aanvallen met minder dan 50% zijn afgenomen. Voor sommige kinderen en ouders heeft het dieet dan nog steeds wel effect, zij zijn ook al blij wanneer de aanvallen met bijvoorbeeld 1/3 zijn afgenomen.

Wat is het verschil tussen het LGI-dieet en het ketogeen dieet?
Koolhydraten en vetten
Kinderen die een LGI-Dieet volgen mogen meer koolhydraten (suikers) gebruiken dan kinderen die en ketogeen dieet gebruiken. Kinderen met een LGI-dieet krijgen minder vetten dan kinderen met een ketogeen dieet.

Minder streng
Het LGI-Dieet is minder streng dan het ketogeen dieet. Kinderen mogen meer normale producten eten waardoor het LGI-dieet gemakkelijker vol te houden is.

Thuis instellen
Het ketogene dieet wordt meestal in het ziekenhuis ingesteld. Het LGI-Dieet kan gewoon thuis worden gestart onder begeleiding van een diëtiste.

Geen ketonen meten
Kinderen die een ketogeen dieet krijgen moeten regelmatig een bepaalde waarde in het bloed meten (ketonen) om te kijken of het dieet op de juiste manier is ingesteld. Daarvoor moeten ze in hun vinger prikken om deze waarde te bepalen. Ook moet in het begin van het dieet de suikerwaarde in het bloed gemeten worden om te voorkomen dat deze waarde te laag wordt.
Voor het LGI-Dieet is het niet nodig om de ketonen of de glucose waarde in het bloed te meten. Kinderen hoeven dus niet thuis bloed te prikken tijdens dit dieet. Wel moet af en toe in het ziekenhuis bloed geprikt worden om een aantal lichaamsfuncties te controleren.

Geen ketose
Tijdens een ketogeen dieet worden er veel ketonen aangemaakt door het lichaam. Het lichaam is dan in ketose. Dit is vaak niet het geval bij het LGI-dieet, daarbij gaat het lichaam meestal niet in ketose.

Niet wegen
Bij het ketogene dieet moeten ouders precies afwegen hoeveel ze van een bepaald product aan hun kind geven. Bij het LGI-dieet is dat niet nodig en zijn er globale regels zoals 1 stuk fruit bevat 15 gram koolhydraten en 1 opscheplepel groente 5 gram koolhydraten. Op deze manier is het gemakkelijker te bepalen wat een kind mag eten en hoeven ouders ook geen weegschaal mee te nemen als ze ergens anders gaan eten dan thuis.

Verschil in effect?
Het LGI-dieet blijkt wel minder effectief te zijn dat het klassieke ketogene dieet. Maar wanneer het effect heeft, dan is dit dieet wel beter vol te houden dan het klassieke ketogene dieet.

 

Wilt u dit document printen dan kunt u hier een pdf-versie downloaden.

 

Wilt u ook uw verhaal kwijt, dat kan: verhalen kunnen gemaild worden via info@kinderneurologie.eu en zullen daarna zo spoedig mogelijk op de site worden geplaatst. Voor meer informatie zie hier.

 

Heeft u foto's die bepaalde kenmerken van deze aandoening duidelijk maken en die hier op de website mogen worden geplaatst, dan vernemen wij dit graag.

 

Links
www.epilepsievereniging.nl/epilepsieplus/behandelingen/ketogeen-dieet
(site met informatie over het ketogeen dieet)
www.ketogeenmenu.nl
(site met informatie en recepten voor gebruik ketogeen dieet)

Referenties
1. Pfeifer HH, Thiele EA, Low-glycemic-index treatment: A liberalized ketogenic diet for treatment of intractable epilepsy Neurology 2005;65:1810-1812
2. Worldwide dietary therapies for adults with epilepsy and other disorders. Cervenka MC, Henry B, Nathan J, Wood S, Volek JS. J Child Neurol. 2013;28:1034-40
3. Low glycemic index treatment for seizures in Angelman syndrome. Thibert RL, Pfeifer HH, Larson AM, Raby AR, Reynolds AA, Morgan AK, Thiele EA. Epilepsia. 2012;53:1498-502
4. Alternative diets to the classical ketogenic diet--can we be more liberal? Miranda MJ, Turner Z, Magrath G. Epilepsy Res. 2012;100:278-85.

 

Laatst bijgewerkt: 12 september 2018, voorheen: 5 april 2014

Auteur: JH Schieving

 

 

 

Hier is ruimte voor
Uw verhaal

Heeft uw kind nog andere symptomen, laat het ons weten.