A|A|A
kinderneurologie

 

 

 

 

 



Ziektenbeelden

Vraag om informatie

Gastenboek

Van A tot en met Z

Praktische links

Contact met ouders

Hemangioblastoom

 

Wat is een hemangioblastoom?

Een hemangioblastoom is een tumor in de hersenen of in het ruggenmerg waarbij in de tumor heel veel kleine haarvaatjes als een kluwentje bij elkaar liggen.

 

Hoe wordt een hemangioblastoom ook wel genoemd?

Er bestaat geen andere naam voor een hemangioblastoom. De term hemangio wijst naar de bloedvaatjes die in deze tumor als een kluwentje bij elkaar liggen.

WHO-indeling

De Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) heeft een onderverdeling gemaakt tussen verschillende hersentumoren. Er bestaan vier verschillende groepen, groep I tot en met groep IV. Groep I bevat tumoren die zich het minst kwaadaardig gedragen, groep IV bevat tumoren die zich erg kwaadaardig gedragen. Groep II en III zitten daar tussen in. Hoe hoger het nummer, hoe meer kwaadaardig de tumor zich gedraagt.
Een hemangioblastoom is een graad I tumor.

 

Hoe vaak komt een hemangioblastoom voor?

Het is niet goed bekend hoe vaak een hemangioblastoom bij kinderen voorkomt. De tumor wordt het vaakst gevonden bij jong volwassenen.

 

Bij wie komt een hemangioblastoom voor?

Een hemangioblastoom wordt meestal ontdekt op jong volwassen leeftijd, maar kan op de kinderleeftijd voorkomen. De tumor wordt dan het vaakst gezien bij pubers. Een hemangioblastoom komt even vaak bij jongens als bij meisjes voor.

 

Wat is de oorzaak van een hemangioblastoom?

Niet bekend

De oorzaak van het ontstaan van een hemangioblastoom is niet bekend. Een hemangioblastoom bestaat aan de ene kant uit cellen met daarin grote holtes gevuld met vet en aan de andere kant uit een kluwentje met daarin haarvaatjes.

Von-Hippel Lindau syndroom

Ongeveer een op de drie mensen met een hemangioblastoom heeft een onderliggende ziekte die het Von Hippel Lindau syndroom wordt genoemd. Jongeren en volwassenen met dit syndroom hebben een verhoogde kans om cystes en tumoren te krijgen, waaronder een hemangioblastoom. Dit syndroom wordt veroorzaakt door een foutje in het erfelijk materiaal van het 3 e chromosoom. De kans dat er sprake is van een Von Hippel Lindau syndroom is groter wanneer een volwassene meerdere hemangioblastomen heeft, wanneer het hemangioblastoom op een andere plek zit dan in de kleine hersenen en wanneer de tumor ontdekt wordt op jong volwassen leeftijd.

Erytropoetine

Hemangioblastomen kunnen het stofje erytropoetine aanmaken. Dit stofje zorgt voor extra aanmaak van rode bloedcellen. Jongeren met een hemangioblastoom kunnen daarom extra veel rode bloedcellen in hun bloed hebben.

 

Wat zijn de verschijnselen van een hemangioblastoom?

Geleidelijk verergering

Wanneer een hemangioblastoom nog klein is, zal het geen klachten veroorzaken. Een hemangioblastoom groeit vaak langzaam. Wanneer de tumor groter wordt, zal de tumor steeds meer ruimte in gaan nemen. De hersenen worden hierdoor aan de kant gedrukt. Ook gaat de druk in het hoofd omhoog waardoor geleidelijk aan klachten ontstaan van hoofdpijn, misselijkheid, braken en wazig zien. Afhankelijk van de plek van het hemangioblastoom in de hersenen kunnen ook andere hersenfuncties uitvallen en zorgen voor het ontstaan van klachten.

Hoofdpijn

Een groot deel van de jongeren met een hemangioblastoom heeft last van hoofdpijnklachten. Vaak zit deze hoofdpijn in het hele hoofd en is drukkend van aard. Meestal gaat deze hoofdpijn samen met misselijkheid en braakneigingen of echt braken. De hoofdpijn wordt langzaam steeds erger. De hoofdpijn wordt vaak erger tijdens hoesten, niezen of persen.

Wazig zien

De oogzenuwen kunnen niet goed tegen verhoogde druk in het hoofd. Kinderen kunnen als gevolg van deze verhoogde druk problemen krijgen met zien. Kinderen krijgen een waziger beeld. Ook is het moeilijker om kleuren te zien, vooral de kleur rood wordt moeilijker om te zien. Ook kan de verhoogde druk zorgen voor dubbelzien.

Problemen met het evenwicht

Veel hemangioblastomen zitten in de kleine hersenen. De kleine hersenen spelen een belangrijke rol bij het bewaren van het evenwicht en daarnaast ook bij onthouden, taal en bij stemming. Op al deze gebieden kunnen problemen ontstaan, de problemen met het bewaren van het evenwicht zijn daarbij het meest opvallend. Het lopen gaat moeilijker, jongeren vallen gemakkelijker. Vaak hebben jongeren last van trillende handen, vooral als ze iets willen vast pakken. Ook de ogen kunnen schokkende bewegingen gaan maken.

Uitvalsverschijnselen

Wanneer de tumor nog groter wordt, dan kunnen bepaalde delen van de hersenen zo bekneld raken dat ze hun functie niet meer goed uit kunnen oefenen. Hierdoor kunnen allerlei uitvalsverschijnselen ontstaan, zoals krachtsverlies in een arm en/of been, tintelingen of een gevoelsverlies, problemen met plassen of met de ontlasting.
Een hemangioblastoom in het ruggenmerg kan een (gedeeltelijk) dwarslaesie beeld veroorzaken. Een hemangioblastoom in de hersenstam kan ook zorgen voor problemen met bewegen of het gevoel van het gezicht, de ogen, de tong of de keelspieren.

Waterhoofd

Wanneer de tumor een van de hersenholtes dicht drukt, dan kan een waterhoofd (hydrocefalus) ontstaan. Ook dit kan zorgen voor klachten zoals hoofdpijn, misselijk, braken en moeizamer lopen.

 

Hoe wordt de diagnose hemangioblastoom gesteld?

Verhaal en onderzoek

Op grond van het verhaal van het kind met bijvoorbeeld hoofdpijnklachten en wazig zien en de bevindingen bij neurologisch onderzoek van het kind, kan de kinderneuroloog vermoeden dat er sprake is van een afwijking bijvoorbeeld een tumor in de hersenen.

Bloedonderzoek

Bij bloedonderzoek worden meestal geen afwijkingen gevonden. Sommige hemangioblastomen maken een te veel aan het stofje erytropoetine aan. Dit kan zorgen voor extra aanmaak van rode bloedcellen. Dit kan terug gevonden worden bij bloedonderzoek.

MRI-scan

Wanneer de kinderneuroloog vermoedt dat er sprake is van een hersentumor zal er een MRI-scan van de hersenen worden gemaakt. Een hemangioblastoom is te herkennen als een kleine vaatrijke tumor die aankleurt met contrastvloeistof met daarom heen een grote holte (cyste) gevuld met vocht. Vaak zit deze tumor in de kleine hersenen, maar kan ook voorkomen in de hersenstam of het ruggenmerg. Soms zit de tumor in de grote hersenen of zelfs buiten de hersenen bijvoorbeeld in de nieren. Bij jongeren of volwassenen met de ziekte van Von Hippel Lindau kunnen meerdere hemangioblastomen gezien worden op de MRI scan.

Op grond van alleen een scan kan de diagnose hemangioblastoom alleen worden vermoed, niet met zekerheid worden gesteld ,daarvoor zal weefselonderzoek nodig zijn. Een andere type hersentumor pilocytair astrocytoom kan ook een beeld geven wat veel lijkt op dat van een hemangioblastoom. Bij volwassenen kan een uitzaaiing van nierkanker veel lijken op een hemangioblastoom. Daarom wordt gekeken naar bepaalde stofjes op de tumor, zoals het stofje EMA. Dit stofje EMA wordt niet gevonden bij het hemangioblastoom, maar wel bij een uitzaaiing van nierkanker.

Omdat het hemangioblastoom in de kleine hersenen vaak in de buurt van de vierde hersenholte zit, zorgt het er vaak voor dat het hersenvocht niet goed afgevoerd kan worden. De aanmaak van het hersenvocht gaat normaal door en daardoor ontstaat een waterhoofd. Dit is zichtbaar op een MRI-scan.

Weefsel

Op grond van de afwijkingen op de MRI scan is vaak duidelijk dat er sprake is van een hersentumor. Met behulp van weefselonderzoek door de patholoog onder de microscoop kan vastgesteld worden om welk type hersentumor het precies gaat. Daarom zal geprobeerd worden tumorweefsel te verkrijgen. Dit gebeurt door middel van een operatie door de neurochirurg. Dit tumorweefsel wordt door de patholoog onder de microscoop bekeken. Voor dit onderzoek zijn verschillende kleuringen nodig zodat de uitslag meestal pas na een paar dagen komt. Kenmerkend voor dit type tumor is geel weefsel met daarin veel vet en heel veel kleine bloedvaatjes daarin. Wanneer de tumor voor de neurochirurg goed bereikbaar is, zal de neurochirurg proberen om tijdens de operatie direct zo veel mogelijk tumorweefsel te verwijderen. Wanneer de tumor moeilijker te bereiken is, dan zal er vaak gekozen worden om eerst een klein stukje uit de tumor te halen, dit wordt een biopt genoemd.

Oogarts

De oogarts kan door middel van onderzoek van het oog zien dat er sprake is van een verhoogde druk in de hersenen. De oogzenuwen zien er dan namelijk gezwollen uit. Dit wordt ook wel papiloedeem genoemd. Ook kan de oogarts door middel van testjes vaststellen of het kleurenzien gestoord is, of er sprake is van slechtziendheid en of er een stukje van het gezichtsveld mist. De oogarts kan ook kijken of er in het oog aanwijzingen zijn dat er sprake is van het Von Hippe Lindau syndroom, bij een groot deel van de mensen met het van Von Hippel Lindau syndroom ook vaatkluwentjes in het netvlies gezien (angiomen).

DNA-onderzoek

Door middel van bloedonderzoek kan gekeken worden of er sprake is van een foutje in het erfelijk materiaal van chromosoom 3, zodat er sprake is van het Von Hippel Lindau syndroom.

 

Hoe wordt een hemangioblastoom behandeld?

Multidisciplinair team

Wanneer een bij een kind ontdekt wordt dat er sprake is van een hersentumor, dan zal het kind voor de verdere diagnostiek, behandeling en begeleiding worden verwezen naar een academisch ziekenhuis waar een speciaal behandelteam aanwezig is voor kinderen met een hersentumor of een tumor in het ruggenmerg.
Vier ziekenhuizen in Nederland hebben van deze teams: het UMC St. Radboud in Nijmegen, het ErasmusMC/Sophia kinderziekenhuis in Rotterdam, het UMCG in Groningen, het AMC/Emma kinderziekenhuis in Amsterdam.

Operatie

De beste behandeling voor een hemangioblastoom is een operatie. Tijdens de operatie zal geprobeerd worden om de tumor helemaal te verwijderen voor zover dit mogelijk is zonder al te veel gezond hersenweefsel te beschadigen. Of dit mogelijk is hangt erg af van de grootte van het hemangioblastoom en de plaats van het hemangioblastoom in de hersenen. Het verwijderde hersenweefsel zal naar de patholoog worden gestuurd zodat onder de microscoop kan worden bekeken om welk type hersentumor het gaat. Wanneer er sprake is van een hemangioblastoom, is geen aanvullende behandeling nodig.

Bestraling

Soms zit een hemangioblastoom op een belangrijke plek in de hersenen zoals in de hersenstam. Een operatie zou een grote kans op nieuwe problemen betekenen waardoor de neurochirurg een operatie afraadt. Wanneer het hemangioblastoom groeit en vervelende klachten geeft, kan gekozen worden voor bestraling als behandeling. Deze behandeling wordt gegeven door de bestralingsarts ook wel radiotherapeut genoemd.

Waterhoofd

Meestal verdwijnt het waterhoofd vanzelf wanneer de tumor is verwijderd. Het hersenvocht kan dan weer op normale wijze worden afgevoerd. Soms kan het even duren voordat het hersenvocht op de normale manier wordt afgevoerd. De neurochirurg kan er dan voor kiezen om een extra verbinding te maken tussen de zogenaamde derde hersenholte en de holte voor de hersenstam. Het hersenvocht kan dan ook via die route afgevoerd worden, waardoor het waterhoofd verdwijnt. In deze ingreep niet helpt, dan kan het nodig zijn om een slangetje (drain) in het hoofd te plaatsen om zo het hersenvocht af te voeren.

Regelmatig controles

Na de operatie zal een kind met een hemangioblastoom regelmatig gecontroleerd worden door de kinderneuroloog of kinderoncoloog.
Deze doen regelmatig een neurologisch en lichamelijk onderzoek om te kijken of er aanwijzingen zijn dat het hemangioblastoom weer gaat groeien of om bijwerkingen als gevolg van de behandeling op het spoor te komen. Bij aanwijzingen voor terugkeer of groei van het hemangioblastoom zal een MRI scan van het hoofd gemaakt worden.

Controle scans

Door middel van scans met een bepaalde regelmaat zal gekeken worden of de tumor weg blijft of eventueel toch weer gaat groeien. Als de tumor gaat groeien, dan gaat dit vaak heel langzaam in de loop van jaren. Bij groei van de tumor zal gekeken worden wat voor behandeling er dan moet volgen. Vaak volstaat opnieuw een operatie, soms is een behandeling met radiotherapie nodig.

Begeleiding

Hoewel het hier het laatste kopje is, is het een heel belangrijk onderdeel van de behandeling. Het is heel ingrijpend om te horen dat een kind een hersentumor heeft. Er volgt een periode van onzekerheid, spanning en mogelijk ook een operatie aan de hersenen. Dit kan een grote weerslag hebben op het kind met de hersentumor maar ook voor de ouders, eventuele broertjes en zusjes en andere familieleden. Het is heel belangrijk voor alle betrokkenen om hun verhaal kwijt te kunnen en steun te krijgen. Naast steun door mensen uit de omgeving is ook begeleiding door maatschappelijk werk, psycholoog of oncologieverpleegkundige van belang. Zij weten wat behandelingen inhouden en wat de gevolgen hiervan zijn. Daarom maken zij standaard uit van het behandelingsteam. Via het kopje contact met andere ouders van dit forum kunt u ook een oproepje plaatsen om in contact te komen met andere ouders van een kind wat ook een hemangioblastoom heeft (gehad).

 

Wat is de prognose van een hemangioblastoom?

Genezing

Het is goed mogelijk om met behulp van een operatie het hemangioblastoom dusdanig onder controle te krijgen, dat het nooit meer gaat groeien.

Terugkeer van de tumor

Bij een klein deel van de kinderen gaat de tumor opnieuw groeien. Vaak is dit een aantal jaren na de eerste behandeling. Een tweede behandeling zal dan nodig zijn.

Uitzaaiingen

Een hemangioblastoom is een tumor die uiterst zelden zorgt voor uitzaaiingen. Het gaat dan om uitzaaiingen naar andere delen van de hersenen of naar het ruggenmerg.

Von Hippel Lindau syndroom

Jongeren en volwassen met het Von Hippel Lindau syndroom hebben een verhoogde kans om nog meer hemangioblastomen of andere type tumoren (zoals nierkanker) te krijgen.

Restverschijnselen

Ook wanneer een kind genezen is van een hemangioblastoom kunnen er wel blijvende gevolgen voor de rest van het leven als gevolg van de tumor en de operatie. Ondanks dat bij de operatie altijd geprobeerd wordt om alleen maar tumorweefsel weg te halen, is het toch mogelijk dat gezonde delen van de hersenen na de operatie toch niet goed meer functioneert, waardoor kinderen last krijgen van uitvalsverschijnselen. Het type uitvalsverschijnselen zal afhangen van de plaats van de tumor in de hersenen. Meestal zijn deze uitvalsverschijnselen tijdelijk, maar soms zijn deze uitvalsverschijnselen blijvend. Globaal gezegd zijn uitvalsverschijnselen die een tot twee jaar na de operatie nog aanwezig zijn meestal blijvend.

Problemen met leren

Als gevolg van de tumor en de behandeling hebben kinderen na de behandeling meer moeite met leren dan zij voor de behandeling hadden. Het hangt ook van de leermogelijkheden voor de behandeling af in hoeverre kinderen hier last van hebben. Soms is het nodig om van het reguliere onderwijs naar het speciaal onderwijs te gaan. Aandacht-, concentratie- tempoproblemen en geheugenstoornissen komen vaak voor na behandeling van een hersentumor. Een deel van de problemen verdwijnt in de eerste twee jaren na de behandeling, een ander deel zal blijvend zijn voor de rest van het leven. Ook gedragsproblemen komen vaker voor na behandeling van een hersentumor. Sommige kinderen zijn gemakkelijker overprikkeld en kunnen sneller boos worden in vergelijking met voor de operatie.

Moeheid

Kinderen die behandeld zijn voor een hersentumor zijn vaak wat sneller vermoeid dan hun leeftijdgenoten. Dit komt vaak om zij alle informatie net een fractie trager verwerken waardoor alles net wat meer energie kost. Het kan helpen om regelmatig even een rustpauze in te bouwen. De meeste kinderen vinden een weg om met deze moeheid om te gaan.

Hoofdpijn

Kinderen die behandeld zijn voor een hersentumor zijn ook gevoeliger om hoofdpijnklachten te krijgen. Vaak is dit een signaal van het lichaam dat het wat overbelast is. Wat meer rust en ontspanning inbouwen helpt vaak om minder last te hebben van deze hoofdpijnklachten.

Emotionele gevolgen

Het hebben van kinderkanker en het ondergaan van een behandeling hiervoor is een grote belasting voor ouders en kind. Zowel tijdens de behandeling, maar ook zeker in de periode na de behandeling waarin het gewone leven weer opgepakt moet worden en waarin duidelijk is wat de restverschijnselen zullen zijn. Iedereen die betrokken is geweest bij een kind met een hemangioblastoom verwerkt dat op zijn eigen manier en in eigen tempo.

 

Hebben broertjes en zusjes een vergrote kans om ook een hemangioblastoom te krijgen?

De oorzaak van het ontstaan van een hemangioblastoom is meestal niet goed bekend. Waarschijnlijk gaat het om een samenspel van verschillende factoren. Bij een op de drie jongeren/volwassen is er sprake van een hemangioblastoom in het kader van de ziekte van Von Hippel Lindau.
Wanneer er sprake is van dit syndroom, dan hebben broertjes en zusjes tot 50% kans om zelf ook dit syndroom te hebben. Mensen met dit syndroom hebben een vergrote kans om een hemangioblastoom te krijgen.
Wanneer er niet sprake is van het Von Hippel Lindau syndroom, dan hebben broertjes en zusjes eigenlijk geen grotere kans dan een ander willekeurig kind om ook hersentumor te krijgen.

 

Wilt u dit document printen dan kunt u hier een pdf-versie downloaden.

 

Links en verwijzingen
www.kinderkanker.nl
(Site met informatie over kanker bij kinderen)
www.hersentumor.nl
(Site met informatie over hersentumoren)
www.skion.nl
(Stichting kinderoncologie Nederland)
www.kinderkankernederland.nl
(Vereniging voor kinderen en jongeren met kanker en hun ouders en familieleden)

 

Referenties
1. Supratentorial hemangioblastoma: clinical features, prognosis, and predictive value of location for von Hippel-Lindau disease. Mills SA, Oh MC, Rutkowski MJ, Sughrue ME, Barani IJ, Parsa AT. Neuro Oncol. 2012;14:1097-104
2. Sporadic haemangioblastoma of the kidney with rhabdoid features and focal CD10 expression: report of a case and literature review. Yin WH, Li J, Chan JK. Diagn Pathol. 2012;7:39.
3. Management of von Hippel-Lindau disease-associated CNS lesions. Wind JJ, Lonser RR. Expert Rev Neurother. 2011;11:1433-41

 

Laatst bijgewerkt 19 januari 2013

 

 

Auteur: JH Schieving

 

 

 

Hier is ruimte voor
Uw verhaal

Heeft uw kind nog andere symptomen, laat het ons weten.