Liquor

De hersenen en het ruggenmerg worden omgeven door liquor. Deze liquor heeft een schokdempend effect en zorgt voor afvoer van afvalstoffen uit de hersenen.
Een volwassene heeft ongeveer 150 milliliter liquor.
Deze liquor bevindt zich voor het grootste gedeelte (80%) in de subarachnoidale ruimte rondom de hersenen en het ruggenmerg.
20% van de liquor bevindt zich in de ventrikels of in het centrale kanaal van het myelum.

Ventrikels

In de hersenen bevinden zich een aantal hersenkamers gevuld met liquor. Deze kamers worden ventrikels genoemd.

In de hersenen bevinden zich:
- twee laterale ventrikels
- een derde ventrikel
- een vierde ventrikel

Plexus choroideus

De liquor wordt aangemaakt in de plexus choroideus die zich merendeels in de laterale ventrikels bevindt. Per dag wordt bij een volwassene ongeveer 500 milliliter liquor aangemaakt.

Stroming van de liquor

De liquor gaat van de laterale ventrikels via de foramina van Monro naar de derde ventrikel en vandaar via het aquaduct van Sylvius naar de vierde ventrikel.
Onderaan de vierde ventrikel bevinden zich 3 openingen naar de subarchnoidale ruimte zodat de liquor vervolgens rondom de hersenen en het ruggenmerg kan stromen. Deze openingen heten de foramina van Luschka en Magendie.

Terug resorptie liquor

De liquor wordt geheel craniaal teruggeresorbeerd in de sinus sagittalis superior. Via het oppervlakkige veneuze systeem wordt de liquor zo terug vervoerd naar het bloed.

Druk in het liquorsysteem

De normale druk in het liquorsysteem bedraagt tussen de 7 en 20 cm H2O.
Wanneer de druk lager wordt dan 7 cm wordt gesproken van liquorhypotensie.
Wanneer de druk hoger wordt dan 20 cm H2O dan wordt gesproken van liquorhypertensie.

Relatie tot de hersenen

De laterale ventrikels bevinden zich in de cerebrale hemisferen.
De derde ventrikel bevindt zich in de midline ter hoogte van de thalamus.
De vierde ventrikel bevindt zich tussen de pons en het cerebellum.